Sevelameer

Stofnaam
Sevelameer
Merknaam
Renagel, Renvela
ATC code
V03AE02
Doseringen
Nierfunctiestoornissen

Produkten, hulpstoffen, toediening en tekorten
Bijwerkingen
Contraindicaties
Waarschuwingen en voorzorgen

Interactions
Eigenschappen (PD/PK)

Registratiestatus
Middelen uit dezelfde ATC groep
Referenties
Versiebeheer

Eigenschappen

Niet-calciumhoudende fosfaatbinder. Sevelamer is een cross-linked polymeer, dat niet vanuit het maag-darmkanaal wordt geresorbeerd. In de darm worden de aminen in het molecuul gedeeltelijk geprotoneerd, waardoor binding met fosfaatmoleculen optreedt. Dit resulteert in een verminderde resorptie van fosfaat. Sevelamer is vrij van metaal en calcium.

Farmacokinetiek

Geen informatie

Label dosisadvies Kinderformularium

Hyperfosfatemie bij  chronische nieraandoeningen:
< 6 jaar: Off-label
> 6 jaar en >0,75 m2 BSA: On-label

Toon SmPC tekst Toon SmPC tekst

SmPC tekst

Hyperfosfatemie bij een chronische nieraandoening:
> 6 jaar en > 0,75 - 1,2 m2 BSA:  start 2,4 g/dag in 3 doses, dosis aanpassen aan serumfosfaat concentraties iedere 2-4 weken met stappen van 1,2 g/dag
> 6 jaar en >  1,2 m2 BSA: start 4,8 g/dag in 3 doses, dosis aanpassen aan serumfosfaat concentraties iedere 2-4 weken met stappen van 2,4 g/dag

Beschikbare toedieningsvormen/sterktes

Tablet filmomhuld (hydrochloride) 800 mg
Poeder voor orale susp. (carbonaat) 2.4 g
Tablet (carbonaat) 800 mg
Capsule (carbonaat) 100 mg

Overige info toediening/beschikbaarheid

Informatie over geneesmiddeltekorten

Doseringen

Hyperfosfatemie bij chronische nierinsufficientie
  • Oraal
    • 1 maand tot 6 jaar
      [1]
      • Doseren op geleide fosfaatconcentratie.


    • 6 jaar tot 18 jaar
      [4]
      • >0,75 -1,2 m2 BSA: 2,4 g/dag in 3 doses. Dosis elke 2-4 weken aanpassen op geleide van fosfaat concentratie met stappen van 1,2 g/dag
        >1,2 m2 BSA: 4,8 g/dag in 3 doses. Dosis elke 2-4 weken aanpassen op geleide van fosfaat concentratie met stappen van 2,4 g/dag



Nierfunctiestoornissen bij kinderen > 3 maanden

GFR ≥10 ml/min/1.73m2: aanpassing van de dosering is niet nodig.

GFR <10 ml/min/1.73m2: een algemeen advies kan niet worden gegeven.

Bijwerkingen algemeen

Zeer vaak (≥ 10%): misselijkheid, braken. Pijn in de (boven)buik, obstipatie.

Vaak (1-10%): dyspepsie, flatulentie, diarree.

Soms (0,1-1%): acidose, (bij sevelameerhydrochloride) verhoogde chloridespiegels in serum.

Zeer zelden (< 0,01%): overgevoeligheid.

Verder zijn gemeld: darmobstructie, darmperforatie, diverticulitis, ileus en subileus. Jeuk, huiduitslag.

Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb

  • Bij kinderen worden veel geneesmiddelen off-label gebruikt. Alle ervaringen zijn belangrijk om te melden om zo meer kennis te verzamelen en te delen
  • Ook wanneer u niet zeker weet of de bijwerking echt door het geneesmiddel komt
Meld hier

Contra-indicatie algemeen

Darmobstructie. Hypofosfatemie.

Waarschuwingen en voorzorgen algemeen

Wees wegens onvoldoende gegevens voorzichtig bij slikklachten, onbehandelde of ernstige gastroparese, maagretentie, grote maag-darmoperatie in de voorgeschiedenis, actieve inflammatoire darmziekten, verstoring van de darmmotiliteit en onregelmatige stoelgang. Bij het optreden van obstipatie regelmatig de darmfunctie controleren. Gevallen van ernstige inflammatoire aandoeningen van verschillende delen van het maag-darmkanaal (o.a. colitis) zijn gemeld in de literatuur, inclusief ernstige complicaties zoals bloeding, ulceratie, perforatie, necrose; gerelateerd aan de aanwezigheid van sevelameer-kristallen. Een causaal verband is echter niet aangetoond. Desondanks bij zowel ernstige obstipatie als bij andere ernstige maag-darmklachten de behandeling heroverwegen.

Patiënten met een chronische nieraandoening hebben de neiging om metabole acidose te ontwikkelen; sevelameer kan de serumbicarbonaatspiegel beïnvloeden, controle van de bicarbonaatspiegels wordt aanbevolen.

Door binding van galzuren kunnen lage spiegels van de vetoplosbare vitaminen ontstaan. Indien nodig deze vitaminen aanvullen.

Aangezien sevelameer geen calcium bevat, het serumcalciumgehalte op de gebruikelijke manier controleren.

Bij gebruik van sevelameerhydrochloride kan een grotere terugresorptie van chloride optreden, waardoor het serumchloride kan toenemen.

De ervaring met chronisch gebruik is beperkt tot een jaar. Sevelameer is niet onderzocht bij kinderen < 6 jaar of bij kinderen met een lichaamsoppervlak < 0,75 m².

Interacties

Relevant: de absorptie van chinolonen wordt verminderd. De combinatie wordt bij voorkeur vermeden; als dit niet mogelijk is wordt het chinolon voor de nacht gegeven. Als het chinolon toch vaker dan 1x per dag wordt gegeven, moet het chinolon ten minste 1 uur vóór of 3 uur na sevelameer worden ingenomen.

De concentratie van tacrolimus daalt.

De absorptie van thyreomimetica wordt verminderd, de middelen moeten gescheiden worden ingenomen (sevelameer bij het eten, het thyreomimeticum 's avonds voor het slapengaan).

Sevelameer en fosfaten gaan elkaars werking tegen.

Niet relevant: de fosfaatbindende eigenschappen kunnen afnemen door omeprazol en esomeprazol.

De AUC van mycofenolzuur daalt.

Geen interactie: in de literatuur is onvoldoende onderbouwing voor interactie met ciclosporine, tetracyclines of ijzer.

ALLE OVERIGE THERAPEUTISCHE MIDDELEN

Deze pagina geeft een overzicht van geneesmiddelen uit dezelfde ATC groep. Let op: Dit betekent niet per definitie dat deze middelen onderling uitwisselbaar zijn.

ANTIDOTA
V03AB16

Digoxine Fab fragmenten

Digitalis antidot
V03AB24
V03AB27

Flumazenil

Anexate
V03AB25
V03AB19
V03AB33

Kaliumjodide

Kajodan
V03AB21
V03AB17
V03AB15
V03AB06

Obidoxim

Toxogonin
V03AB13
V03AB14

Sugammadex

Bridion
V03AB35
IJZERCHELERENDE MIDDELEN

Deferasirox

Exjade
V03AC03

Deferipron

Ferriprox
V03AC02

Deferoxamine

Desferal
V03AC01
MIDDELEN BIJ HYPERKALIEMIE EN HYPERFOSFATEMIE
V03AE07
V03AE05

Polystyreensulfonzuur

Sorbisterit Ca-resonium, Resonium A
V03AE01
DETOXIFICANTIA BIJ BEHANDELING MET ONCOLYTICA

Folinezuur

Rescuvolin, VoriNa
V03AF03
V03AF01

Rasburicase

Fasturtec
V03AF07
MIDDELEN BIJ HYPOGLYKEMIE

Diazoxide

Proglicem
V03AH01

Referenties

  1. Rademaker C.M.A. et al, Geneesmiddelen-Formularium voor Kinderen, 2007
  2. ZorgInstituut Nederand, Farmacotherapeutisch Kompas (Eigenschappen, Contra-Indicaties, Bijwerkingen, Waarschuwingen en Voorzorgen), Geraadpleegd 23 april 2019
  3. Informatorium Medicamentorum, (Interacties), Geraadpleegd 12 feb 2019
  4. Genzyme Europe BV, SmPC Renvela (EU/1/09/521/007) 05-02-2020, www.geneesmiddeleninformatiebank.nl

Wijzigingen

  • 23 april 2019 14:06: Concreet doseeradvies voor kinderen toegevoegd op basis van SmPC Renvela

Therapeutic Drug Monitoring


Overdosering