Doseringen
Nierfunctiestoornissen

Produkten, hulpstoffen, toediening en tekorten
Bijwerkingen
Contraindicaties
Waarschuwingen en voorzorgen

Interacties
Eigenschappen (PD/PK)

Registratiestatus
Middelen uit dezelfde ATC groep
Referenties
Versiebeheer

Agalsidase beta

Stofnaam
Agalsidase beta
Merknaam
Fabrazyme
ATC code
A16AB04

Eigenschappen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Agalsidase β is een recombinante vorm van het enzym α-galactosidase. Het wordt na toediening snel opgenomen in de lysosomen van vasculaire endotheelcellen en van parenchymcellen, waarschijnlijk via de receptoren voor mannose-6-fosfaat, mannose en asialoglycoproteïne. Bij de ziekte van Fabry is er een tekort aan α-galactosidase. Verminderde of afwezige activiteit van dit enzym leidt tot ophoping van GL-3 in de lysosomen van veel celtypen waaronder endotheel- en parenchymcellen, wat uiteindelijk leidt tot nier-, hart- en cerebrovasculaire complicaties. Door substitutietherapie met agalsidase β wordt het ophopende GL-3 afgebroken.

Farmacokinetiek bij kinderen

Bij 15 kinderen in de leeftijd van 8.5-16 jaar (gewicht 27.1-64.9 kg) werden de volgende farmacokinetische gegevens gevonden bij een dosering van 1 mg/kg om de 2 weken [SmPC]

  Uitgangswaarde Na IgG-seroconversie
Cl 77 ml/min 35 ml/min
Vd in steady state 2,6 L 5,4 L
t1/2 55 min 240 min

Bij 30 kinderen in de leeftijd van 5-18 jaar werden de volgende farmacokinetische gegevens gevonden [SmPC] 

  Uitgangswaarde Na IgG-seroconversie
Dosering 0,5 mg/kg om de 2 weken    
Cl 4,6 ml/min/kg 5,7 ml/min/kg
Vd in steady state 0,27 l/kg 0,49 l/kg
t1/2 88 min  
Dosering 1 mg/kg om de 4 weken    
Cl 2,3 ml/min/kg 2,8 ml/min/kg
Vd in steady state 0,22 l/kg 0,48 l/kg
t1/2 107 min  

Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.

Label dosisadvies Kinderformularium

On-label

Toon SmPC tekst Toon SmPC tekst

SmPC tekst

Ziekte van Fabry:
> 8 jaar: 1 mg/kg/dosis IV elke 2 weken

Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.

Beschikbare toedieningsvormen/sterktes

Poeder voor infusieopl. 5 mg.
Poeder voor infusieopl. 35 mg

 

Overige info toediening/beschikbaarheid

Informatie over geneesmiddeltekorten

Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.

Doseringen

Ziekte van Fabry
  • Intraveneus
    • ≥ 8 jaar
      [1]
      • 1 mg/kg/dosis elke 2 weken.
      • Bij start infusiesnelheid niet hoger dan 0,25 mg/min om risico op infusiegerelateerde bijwerkingen te beperken. Na het optreden van tolerantie, kan de infusiesnelheid geleidelijk worden verhoogd.

Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.

Nierfunctiestoornissen bij kinderen > 3 maanden

GFR ≥10 ml/min/1.73m2: aanpassing van de dosering is niet nodig.

GFR <10 ml/min/1.73m2: een algemeen advies kan niet worden gegeven.

Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.

Bijwerkingen algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

nfusie-gerelateerde bijwerkingen treden zeer vaak op. De meeste van deze bijwerkingen worden toegeschreven aan de vorming van IgG-antistoffen en/of complementactivering. Het gaat voornamelijk om koorts en koude rillingen, en verder ook oedeem in het gezicht, angio-oedeem, blozen, dyspneu, bronchospasmen, tachypneu, piepende ademhaling, hypoxie, ongemakkelijk gevoel op de borst, beklemd gevoel op de keel, rinitis, hypertensie, hypotensie, tachycardie, hartkloppingen, buikpijn, misselijkheid, braken, pijn in ledematen, spierpijn, hoofdpijn, jeuk en urticaria.

Zeer vaak (> 10%): paresthesie en koud gevoel.

Vaak (1-10%): (draai-)duizeligheid, slaperigheid, lethargie, (orale) hypo-esthesie, brandend gevoel, syncope. Tranenvloed. Oorsuizen. Bleekheid, bradycardie, opvliegers. Exacerbatie van dyspneu, hoesten, verstopte neus, nasofaryngitis. Diarree, last van de maag. (Maculopapuleuze) huiduitslag, erytheem. Rugpijn, gewrichtspijn, stijve of strakke spieren, spierspasmen. Vermoeidheid, asthenie, heet gevoel, hyperthermie, perifeer oedeem, pijn op de borst.

Verder zijn gemeld: anafylactische reacties en leukocytoclastische vasculitis.

Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb

  • Bij kinderen worden veel geneesmiddelen off-label gebruikt. Alle ervaringen zijn belangrijk om te melden om zo meer kennis te verzamelen en te delen
  • Ook wanneer u niet zeker weet of de bijwerking echt door het geneesmiddel komt
Meld hier

Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.

Contra-indicatie algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Eerder voorgekomen levensbedreigende overgevoeligheid voor agalsidase β.

Waarschuwingen en voorzorgen algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Immunogeniciteit: Het merendeel van de patiënten ontwikkelt binnen 3 maanden na start van de behandeling IgG-antistoffen tegen agalsidase β; in de loop van de tijd kunnen deze weer verdwijnen of afnemen, maar bij ca. 35% (in klinische onderzoeken) blijven ze in dezelfde mate aanwezig. Patiënten met antistoffen hebben meer kans op het ontstaan van infusiegerelateerde reacties. Controleer de antilichaamstatus regelmatig.

Bij lichte tot matige infusiegerelateerde reacties kan de behandeling worden voortgezet na het verlagen van de infusiesnelheid (~0,15 mg/min; 10 mg/uur) en/of profylactische behandeling met een antihistaminicum, ibuprofen, paracetamol en/of een corticosteroïd.

Bij ernstige overgevoeligheidsreacties de toediening onmiddellijk staken. Hierna kan de behandeling voorzichtig worden voortgezet met een lage dosis (50% van therapeutische dosis) en een lage infusiesnelheid (4% van standaard infusiesnelheid). Vervolgens op geleide van de tolerantie verhogen.

Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.

Interacties Bron: KNMP/Informatorium Medicamentorum

Niet beoordeeld: chloroquine, amiodaron, monobenzon en gentamicine kunnen de intracellulaire activiteit van agalsidase beta remmen.

Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.

AMINOZUREN EN AFGELEIDE VERBINDINGEN

Betaine

Cystadane, Amversio
A16AA06

Carglumaatzuur

Carbaglu, Ucedane
A16AA05

Levocarnitine

Carnitene
A16AA01

Mercaptamine

Cystagon
A16AA04
ENZYMEN

Agalsidase alfa

Replagal
A16AB03
A16AB07

Asfotase alfa

Strensiq
A16AB13

Cerliponase alfa

Brineura
A16AB17

Galsulfase

Naglazyme
A16AB08

Idursulfase

Elaprase
A16AB09

Laronidase

Aldurazyme
A16AB05
A16AB10
DIVERSE MAAGDARMKANAAL- EN METABOLISMEPRODUCTEN

Fenylboterzuur

Ammonaps, Pheburane
A16AX03
A16AX09

Miglustat

Zavesca
A16AX06
A16AX

Nitisinon NTBC

Orfadin
A16AX04

Sapropterine

Kuvan
A16AX07

Teduglutide

Revestive
A16AX08

Triëntine

Cuprior; Cufence
A16AX12

Zink

Wilzin
A16AX05

Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.

Referenties

  1. Genzyme Europe B.V., SmPC Fabrazyme (EU/1/01/188/001-006) 10-10-2014 , www.geneesmiddeleninformatiebank.nl
  2. Informatorium Medicamentorum, (Interacties, nierfunctiestoornissen), Geraadpleegd 19 apr 2016
  3. ZorgInstituut Nederland, Farmacotherapeutisch Kompas (Eigenschappen, bijwerkingen, contra-indicaties, waarschuwingen en voorzorgen), Geraadpleegd 21-5-2021

Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.

Wijzigingen

  • 22 april 2016 14:36: NIEUW TOEGEVOEGD

Wijzigingen