Doseringen
Nierfunctiestoornissen

Produkten, hulpstoffen, toediening en tekorten
Bijwerkingen
Contraindicaties
Waarschuwingen en voorzorgen

Interacties
Eigenschappen (PD/PK)

Registratiestatus
Middelen uit dezelfde ATC groep
Referenties
Versiebeheer

Ustekinumab

Stofnaam
Ustekinumab
Merknaam
Stelara,
ATC code
L04AC05

Eigenschappen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Humaan IgG1κ-monoklonaal antilichaam dat met hoge affiniteit bindt aan de gemeenschappelijke p40-eiwit-subeenheid van vrij IL-12 en IL-23. IL-12 en IL-23 worden afgegeven door geactiveerde antigeenpresenterende cellen zoals macrofagen en dendritische cellen. IL-12 stimuleert de 'natural killer'-cellen en bevordert de differentiatie van CD4-positieve T-cellen tot het T-helper 1 (Th1)-fenotype. IL-23 induceert de T-helper 17 (Th17)-route. Abnormale regulatie van IL-12 en IL-23 is in verband gebracht met immuungemedieerde aandoeningen zoals psoriasis, arthritis psoriatica, de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa. Ustekinumab oefent zijn werking uit door onderbreking van de Th1- en Th17-cytokineroutes.

Farmacokinetiek bij kinderen

De concentraties van ustekinumab in serum bij pediatrische psoriasispatiënten met een leeftijd van 6
t/m 17 jaar, behandeld met de aanbevolen dosis op basis van het lichaamsgewicht, waren over het
algemeen vergelijkbaar met die bij volwassen psoriasispatiënten die met de dosis voor volwassenen
waren behandeld. De concentraties van ustekinumab in serum bij pediatrische psoriasispatiënten van
12-17 jaar (CADMUS) die met de helft van de aanbevolen dosis op basis van het lichaamsgewicht
waren behandeld over het algemeen lager waren dan die bij volwassenen.

Kinetische gegevens bij volwassenen:

Tmax = s.c. ca. 8½ dag.

Vd = 0,06–0,08 l/kg, groter bij een lichaamsgewicht > 100 kg.

T1/2 = circa 3 weken (15–32 dagen), korter bij een lichaamsgewicht > 100 kg.

Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.

Label dosisadvies Kinderformularium

On-label

Toon SmPC tekst Toon SmPC tekst

SmPC tekst

Matige tot ernstige plaque psoriasis waarbij andere systemische therapieën of fototherapieën geen adequate controle geven of een intolerantie geven:
> 6 jaar: < 60 kg: 0.75 mg/kg/dosis; Week 0,4 en vervolgens iedere 12 weken
≥ 60-≤ 100 kg: 45 mg/dosis;  Week 0,4 en vervolgens iedere 12 weken

> 100 kg: 90 mg/dosis; Week 0, 4 en vervolgens iedere 12 weken

Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.

Beschikbare toedieningsvormen/sterktes

Inj.vlst. 90 mg/ml
Concentraat voor infusievloeistof 5 mg/ml

Overige info toediening/beschikbaarheid

Informatie over geneesmiddeltekorten

Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.

Doseringen

Matige tot ernstige plaque psoriasis, met onvoldoende respons op of intolerantie voor andere therapieën
  • Subcutaan
    • ≥ 6 jaar en < 60 kg
      [1]
      • 0,75 mg/kg/dosis op week 0, 4 en vervolgens iedere 12 weken.
    • ≥ 6 jaar en 60 tot 100 kg
      [1]
      • 45 mg/dosis op week 0, 4 en vervolgens iedere 12 weken.
    • ≥ 6 jaar en ≥ 100 kg
      [1]
      • 90 mg/dosis op week 0, 4 en vervolgens iedere 12 weken.

Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.

Nierfunctiestoornissen bij kinderen > 3 maanden

Er zijn geen gegevens bekend over doseeraanpassing bij nierfunctiestoornissen.

Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.

Bijwerkingen algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Vaak (1-10%): erytheem, pijn op de injectieplaats. Bovensteluchtweginfectie, nasofaryngitis, sinusitis. Duizeligheid, hoofdpijn, vermoeidheid. Spierpijn, rugpijn, gewrichtspijn. Orofaryngeale pijn. Misselijkheid, braken, diarree. Jeuk.

Soms (0,1-1%): Overige reacties op de injectieplaats zoals jeuk, zwelling, hematoom, hemorragie, induratie. Cellulitis, herpes zoster. Vulvovaginale schimmelinfectie. Ondersteluchtweginfectie. Neusverstopping. Infecties van het gebit. Pustuleuze psoriasis, acne. Aangezichtsverlamming. Depressie. Huiduitslag, urticaria, huidexfoliatie. Asthenie.

Zelden (0,01-0,1%): ernstige overgevoeligheidsreacties zoals angio-oedeem en anafylaxie, exfoliatieve dermatitis, overgevoeligheidsvasculitis. Allergische longblaasjesontsteking, eosinofiele pneumonie.

Zeer zelden (< 0,1%): organiserende pneumonie. Bulleus pemfigoïd, cutane lupus erythematodes. Lupusachtig syndroom.

Gemeld zijn: ernstige infusiegerelateerde reacties.

Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb

  • Bij kinderen worden veel geneesmiddelen off-label gebruikt. Alle ervaringen zijn belangrijk om te melden om zo meer kennis te verzamelen en te delen
  • Ook wanneer u niet zeker weet of de bijwerking echt door het geneesmiddel komt
Meld hier

Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.

Contra-indicatie algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

  • Klinisch belangrijke actieve infectie.

Waarschuwingen en voorzorgen algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Ustekinumab kan mogelijk het infectierisico vergroten en latente infecties (re)activeren. Opportunistische infecties zijn gemeld. Wees voorzichtig bij een chronische infectie, bij een recidiverende infectie in de anamnese en bij ouderen (≥ 65 j.). Tijdens en na behandeling nauwgezet controleren op verschijnselen van tuberculose. Vóór aanvang van de behandeling actieve tuberculose uitsluiten.

Wees voorzichtig bij een maligniteit in de anamnese. Alle patiënten monitoren op het optreden van huidkanker, vooral ouderen > 60 jaar, patiënten met een voorgeschiedenis van verlengde immunosuppressieve therapie of met een voorgeschiedenis van een PUVA-behandeling. Het risico op een maligniteit kan hoger zijn bij psoriasis behandeld met andere biologicals.

Ernstige overgevoeligheidsreacties waaronder infusiegerelateerde reacties, anafylaxie en angio-oedeem zijn gemeld (ook na enkele dagen optredend); bij eerste symptomen van ernstige overgevoeligheidsreacties de toediening onmiddellijk staken en een passende therapie instellen.

Allergische longblaasjesontsteking, eosinofiele pneumonie en niet-infectieuze organiserende pneumonie zijn gemeld, gekenmerkt door hoesten, dyspneu en interstitiële infiltraten na één tot drie doses, soms leidend tot respiratoir falen en verlengde hospitalisatie. Er is verbetering gemeld na staken en ook, in enkele gevallen, toediening van corticosteroïden. Stop behandeling bij uitsluiten infectie en bevestiging van diagnose en stel gepaste behandeling in.

Exfoliatieve dermatitis, mogelijk klinisch niet te onderscheiden van erytrodermische psoriasis, is gemeld na behandeling met ustekinumab. Patiënten monitoren op het optreden van symptomen van erytrodermische psoriasis of exfoliatieve dermatitis; bij vermoeden van exfoliatieve dermatitis behandeling onmiddellijk staken.

Lupusgerelateerde aandoeningen waaronder cutane lupus erythematodes en lupusachtig syndroom, zijn gemeld. Instrueer patiënt om bij laesies, vooral in aan zonlicht blootgestelde gebieden van de huid of als deze gepaard gaan met artralgie, onmiddellijk medische hulp in te schakelen. Staak ustekinumab bij lupusgerelateerde aandoening en start een passende behandeling.

Er kunnen zich (meestal neutraliserende) antilichamen ontwikkelen. Het wordt in verband gebracht met een verhoogde klaring bij patiënten met de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa, maar er werd bij hen geen verminderde werkzaamheid waargenomen.

Beoordeel regelmatig risicofactoren voor cardiovasculaire ziekten. Cardiovasculaire voorvallen zijn waargenomen bij gebruik van ustekinumab, waaronder myocardinfarct en cerebrovasculair accident.

Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.

Interacties Bron: KNMP/Informatorium Medicamentorum

Relevant:
Ustekinumab heeft een interactie met vaccins. De fabrikant adviseert ustekinumab 15 weken voorafgaand aan de vaccinatie met levende micro-organismen te staken en 2 weken na de vaccinatie met levende micro-organismen te hervatten. Verder is ustekinumab in het serum van neonaten gedetecteerd. Daarom wordt vaccinatie met levende micro-organismen ontraden bij neonaten, die in utero zijn blootgesteld aan ustekinumab, tot ten minste 12 maanden na de geboorte. Toediening eerder dan 12 maanden kan worden overwogen bij onmeetbare serumconcentraties van ustekinumab bij de zuigeling. 

Middelen bij inflammatoire aandoeningen algemeen:

Relevant:
Een deel van de middelen uit deze groep heeft een immunosuppressieve werking: abatacept, adalimumab, anakinra, apremilast, bimekizumab, brodalumab, canakinumab, certolizumab pegol, etanercept, guselkumab, infliximab, ixekizumab, golimumab, leflunomide, methotrexaat, risankizumab, sarilumab, secukinumab, tildrakizumab, tocilizumab, tralokinumab en ustekinumab. Deze middelen hebben een interactie met vaccins en met immunocyanine.

Levende vaccins: bij middelen met immunosuppressieve werking kan vaccinatie met levende micro-organismen een gegeneraliseerde infectie veroorzaken. De NVR-richtlijn Biologicals ontraadt vaccinatie met levende micro-organismen tijdens gebruik van deze middelen. Bij sommige middelen adviseert de fabrikant het middel een bepaalde termijn voorafgaand aan de vaccinatie te staken, bijvoorbeeld bij abatacept en canakinumab 3 maanden, en bij ustekinumab 15 weken.

De fabrikant van infliximab en golimumab ontraadt vaccinatie met levende micro-organismen bij neonaten tot 6 maanden na de laatste toediening van infliximab aan de moeder. Bij neonaten is tot 6 maanden na de geboorte infliximab of golimumab in serum gedetecteerd, waardoor de normale immuunreactie van de neonaat aangetast zou kunnen worden. De fabrikant van adalimumab hanteert een termijn van 5 maanden, die van etanercept 16 weken.

Niet-levende vaccins: tijdens gebruik van middelen met immunosuppressieve werking kunnen vaccinaties met gedode verwekker of afgeleid antigeen minder effectief zijn door een verminderde immuunrespons. In sommige gevallen kan het vaccin herhaald worden of kan een titerbepaling worden gedaan.

Immunocyanine: de werking van immunocyanine kan worden verminderd door middelen met immunosuppressieve werking.

Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.

SELECTIEVE IMMUNOSUPPRESSIVA

Abatacept

Orencia
L04AA24

Apremilast

Otezla
L04AA32

Leflunomide

Arava
L04AA13

Mycofenolaatmofetil

Cellcept, Myfenax
L04AA06
L04AA04

Upadacitinib

Rinvoq
L04AA44
OVERIGE IMMUNOSUPPRESSIVA

Azathioprine

Imuran
L04AX01

Methotrexaat

Emthexate, Metoject, Injexate
L04AX03
TUMORNECROSEFACTOR-ALFA-ANTAGONISTEN

Adalimumab

Humira, Amgevita, Hyrimoz, Idacio, Imraldi, Yuflyma
L04AB04

Etanercept

Enbrel
L04AB01

Golimumab

Simponi
L04AB06

Infliximab

Remicade, Inflectra, Flixabi, Remsima, Zessly
L04AB02
INTERLEUKINEREMMERS

Anakinra

Kineret
L04AC03

Basiliximab

Simulect
L04AC02

Canakinumab

Ilaris
L04AC08

ixekizumab

Taltz
L04AC13

Satralizumab

Enspryng
L04AC19

Secukinumab

Cosentyx
L04AC10

Spesolimab

Spevigo
L04AC22

Tocilizumab

RoActemra, Tyenne
L04AC07
CALCINEURINEREMMERS

Ciclosporine

Neoral, Sandimmune
L04AD01

Tacrolimus

Prograft, Modigraf, Adport, Tacni, Advagraf, , Envarsus, Conferoport, Dailiport, Tacforius
L04AD02
FINGOLIMOD

Fingolimod

Gilenya
L04AE01
TOFACITINIB

Tofacitinib

Xeljanz
L04AF01
BARICITINIB

Baricitinib

Olumiant
L04AF02
RITLECITINIB

Ritlecitinib

Litfulo
L04AF08
BELIMUMAB

Belimumab

Benlysta
L04AG04
SIROLIMUS

Sirolimus

Rapamune
L04AH01
EVEROLIMUS

Everolimus

Afinitor, Certican
L04AH02
ECULIZUMAB

Eculizumab

Soliris, Epysqli
L04AJ01
RAVULIZUMAB

Ravulizumab

Ultomiris
L04AJ02
TERIFLUNOMIDE

Teriflunomide

Aubagio
L04AK02

Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.

Referenties

  1. Janssen-Cilag International NV, SmPC Stelara( EU/1/08/494/001) 18-11-2021, www.ema.europa.eu
  2. Informatorium Medicamentorum, Interacties, Geraadpleegd 16-5-2025
  3. ZorgInstituut Nederland, Farmacotherapeutische Kompas (Eigenschappen, contra-indicaties, bijwerkingen, waarschuwingen en voorzorgen), Geraadpleegd 16-5-2025

Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.

Wijzigingen

  • 30 september 2015 16:18: Nieuw toegevoegd

Wijzigingen