Eculizumab

Stofnaam
Eculizumab
Merknaam
Soliris
ATC code
L04AA25
Eigenschappen - PK data - Registratiestatus
Doseringen

Toedieningsvormen en hulpstoffen
Nierfunctiestoornissen
Soortgelijke geneesmiddelen
Bijwerkingen
Contraindicaties
Waarschuwingen en voorzorgen
Interacties
Referenties
Versiebeheer

Label dosisadvies Kinderformularium

PNH en aHUS: On-label
C3G: off-label

Toon SmPC tekst

SmPC tekst

aHUS, PNH

> 40 kg: aHUS:week 1,2,3,4: 900 mg/week, week 5: 1200 mg/week, daarna 1200 mg eenmaal elke 2 weken
> 40 kg PNH: week 1,2,3,4 600 mg/week, week 5: 900 mg/week, daarna 900 mg/week eenmaal elke 2 weken
30-<40 kg:aHUS en PNH: week 1 en 2: 600 mg/week, week 3: 900 mg/week, daarna 900 mg eenmaal elke 2 weken
20-<30 kg: aHUS en PNH:week 1,2,3: 600 mg/week, daarna 600 mg eenmaal elke 2 weken
10-<20 kg: aHUS en PNH:week 1 en 2: 600 mg/week, daarna 300 mg eenmaal elke 2 weken
5-<10 kg: aHUS en PNH:week 1 en 2: 300 mg/week, daarna 300 mg eenmaal elke 3 weken

Eigenschappen

Selectief immunosuppressivum. Recombinant gehumaniseerd monoklonaal IgG-antilichaam dat bindt aan het humane complementeiwit C5. Remt het terminale complement. Hierdoor wordt bij patiënten met paroxismale nachtelijke hemoglobinurie (PNH) intravasculaire hemolyse geblokkeerd. Bij atypisch hemolytisch-uremisch syndroom(aHUS) wordt de trombotische microangiopathie geblokkeerd. Werking: begint tijdens het infuus. Werkingsduur: ca. 14 dagen.

Farmacokinetiek

T1/2 el: kinderen: 14,5-16 dagen

Doseringen

Atypisch hemolytisch-uremisch syndroom (aHUS), Paroxismale nachtelijke hemoglobinurie (PNH), C3 glomerulopathieën (C3G)
  • Intraveneus
    • 5 tot 10 kg
      [1] [4] [5] [6] [7] [8]
      • Week 1 en 2: 300 mg/dosis 1 x per week
        Daarna: 300 mg/dosis 1 x per 3 weken

      • Behandeling door of in overleg met een pediatrisch specialist (nefroloog) die ervaring heeft met het gebruik van eculizumab voor deze indicatie.

    • 10 tot 20 kg
      [1] [4] [5] [6] [7] [8]
      • Week 1: 600 mg/dosis 1 x per week
        Week 2: 300 mg/dosis 1 x per week
        Daarna: 300 mg/dosis 1 x per 2 weken

      • Behandeling door of in overleg met een pediatrisch specialist (nefroloog) die ervaring heeft met het gebruik van eculizumab voor deze indicatie.

    • 20 tot 30 kg
      [1] [4] [5] [6] [7] [8]
      • Week 1 en 2 en 3: 600 mg/dosis 1 x per week
        Daarna: 600 mg/dosis 1 x per 2 weken

      • Behandeling door of in overleg met een pediatrisch specialist (nefroloog) die ervaring heeft met het gebruik van eculizumab voor deze indicatie.

    • 30 tot 40 kg
      [1] [4] [5] [6] [7] [8]
      • Week 1 en 2: 600 mg/dosis 1 x per week
        Week 3: 900 mg/dosis 1 x per week
        Daarna: 900 mg/dosis 1 x per 2 weken

      • Behandeling door of in overleg met een pediatrisch specialist (nefroloog) die ervaring heeft met het gebruik van eculizumab voor deze indicatie.

    • ≥ 40 kg
      [1] [4] [5] [6] [7] [8]
      • aHUS, C3G:
        week 1,2,3,4: 900 mg/dosis 1 x per week
        week 5: 1200 mg/dosis 1 x per week,
        daarna: 1200 mg/dosis 1 x per 2 weken 

        Er is weinig onderzoek gedaan naar het gebruik van eculizumab bij C3G

        PNH:
        week 1,2,3,4: 600 mg/dosis 1 x per week
        week 5: 900 mg/dosis 1 x per week
        daarna 900 mg/dosis 1 x per 2 weken

      • Behandeling door of in overleg met een pediatrisch specialist (nefroloog) die ervaring heeft met het gebruik van eculizumab voor deze indicatie.

Beschikbare toedieningsvormen/sterktes

Infuusconcentraat 300 mg

Nierfunctiestoornissen bij kinderen > 3 maanden

GFR ≥10 ml/min/1.73m2: aanpassing van de dosering is niet nodig.

GFR <10 ml/min/1.73m2: een algemeen advies kan niet worden gegeven.

IMMUNOSUPPRESSIVA

SELECTIEVE IMMUNOSUPPRESSIVA

Abatacept

Orencia
L04AA24

Belimumab

Benlysta
L04AA26

Everolimus

Afinitor, Certican
L04AA18

Fingolimod

Gilenya
L04AA27

Leflunomide

Arava
L04AA13

Mycofenolaatmofetil

Cellcept, Myfenax
L04AA06

Ravulizumab

Ultomiris
L04AA43

Sirolimus

Rapamune
L04AA10

Teriflunomide

Aubagio
L04AA31
L04AA04

Tofacitinib

Xeljanz
L04AA29

Upadacitinib

Rinvoq
L04AA44
OVERIGE IMMUNOSUPPRESSIVA

Azathioprine

Imuran, Azafalk
L04AX01

Methotrexaat

Emthexate, Metoject, Injexate
L04AX03
TUMORNECROSEFACTOR-ALFA-ANTAGONISTEN

Adalimumab

Humira, Amgevita, Hyrimoz, Idacio, Imraldi, Yuflyma
L04AB04

Etanercept

Enbrel
L04AB01

Golimumab

Simponi
L04AB06

Infliximab

Remicade, Inflectra, Flixabi, Remsima, Zessly
L04AB02
INTERLEUKINEREMMERS

Anakinra

Kineret
L04AC03

Basiliximab

Simulect
L04AC02

Canakinumab

Ilaris
L04AC08

ixekizumab

Taltz
L04AC13

Secukinumab

Cosentyx
L04AC10

Tocilizumab

RoActemra
L04AC07

Ustekinumab

Stelara
L04AC05
CALCINEURINEREMMERS

Ciclosporine

Neoral, Sandimmune
L04AD01

Tacrolimus

Prograft, Modigraf, Adport, Tacni, Advagraf, , Envarsus, Conferoport, Dailiport, Tacforius
L04AD02

Bijwerkingen bij kinderen

De bijwerkingen bij kinderen zijn vergelijkbaar met die van volwassenen. Bij kinderen met PNH komt hoofdpijn het vaakst voor.

Bijwerkingen algemeen

Zeer vaak (> 10%): hoofdpijn.

Vaak (1-10%): trombocytopenie, leukopenie, hemolyse. Buikpijn, obstipatie, diarree, dyspepsie, misselijkheid, braken, smaakstoornissen, verminderde eetlust. Rillingen, koorts, vermoeidheid, asthenie, oedeem. Orale herpes, dyspneu, hoesten, nasale congestie, keelpijn, rinorroe, bovenste luchtweginfecties zoals nasofaryngitis, bronchitis, virale infecties zoals herpes simplex, bacteriële artritis, urineweginfectie, Aspergillusinfectie, meningokokkensepsis (soms ook na vaccinatie). Artralgie, rug- of nekpijn, myalgie, spierspasmen, botpijn. Duizeligheid, hypotensie. Alopecia, jeuk, huiduitslag. Anafylactische reactie. Positieve Coombs-test.

Soms (0,1-1%): coagulopathie, rode bloedcel-agglutinatie, abnormale stollingsfactor, anemie, lymfopenie. Hartkloppingen, hypertensie, opvliegers, hematoom. Oorsuizen, vertigo. Irritatie van de conjunctiva, wazig zien. Abdominale distensie, peritonitis, gastro-oesofageale reflux, pijnlijk of ontstoken tandvlees, tandinfectie, anorexie. Pijn op de borst, griepachtige aandoening. Icterus. Overgevoeligheid. Abces, cellulitis, meningokokkenmeningitis, schimmelinfectie, Haemophilus-infectie, lage luchtweginfectie, Neisseria-infectie, sinusitis, pneumonie, sepsis, septische shock, gastro-intestinale infecties, impetigo. Stijging van leverenzymwaarden. Gewrichtszwelling, trismus. Ziekte van Graves. Maligne melanoom, myelodysplastisch syndroom. Syncope, tremor, paresthesie. Abnormale dromen, depressie, angst, stemmingswisselingen, slaapstoornis, slapeloosheid. Nierfunctiestoornis, hematurie, dysurie. Spontane erectie, menstruatiestoornis. Urticaria, dermatitis, erytheem, petechiën, huiddepigmentatie, droge huid, hyperhidrose. Infusiegerelateerde reacties. Epistaxis, keelirritatie. Stijging ALAT, ASAT en γ-GT, daling van Hb–gehalte en hematocriet.


 

Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb

  • Bij kinderen worden veel geneesmiddelen off-label gebruikt. Alle ervaringen zijn belangrijk om te melden om zo meer kennis te verzamelen en te delen
  • Ook wanneer u niet zeker weet of de bijwerking echt door het geneesmiddel komt
Meld hier

Contra-indicatie algemeen

Overgevoeligheid voor muizeneiwitten. Een niet opgeloste infectie met Neisseria meningitidis of niet gevaccineerd zijn tegen Neisseria meningitidis. Voor aHUS daarbij: patiënten die tot 2 weken na vaccinatie geen profylaxe met geschikte antibiotica krijgen.

Waarschuwingen en voorzorgen bij kinderen

Vóór starten van de therapie, immunisatie toedienen volgens de geldende immunisatierichtlijnen; minstens twee weken vóór aanvang van de therapie, de patiënt (re)vaccineren tegen meningokokkeninfectie (Neisseria meningitidis) en tijdens de therapie goed letten op vroege tekenen van een meningokokkeninfectie (diverse serogroepen mogelijk). 

Indien de therapie eerder gestart wordt dan twee weken na eventuele vaccinaties, overweeg antibiotische profylaxe.

Als zich tijdens de toediening van Soliris een ongewenst voorval voordoet, kan de infusie worden vertraagd of stopgezet, al naargelang het oordeel van de arts. Als de infusie wordt vertraagd, mag de totale infusietijd niet langer dan twee uur bedragen voor volwassenen en adolescenten, en vier uur voor kinderen jonger dan 12 jaar.

Waarschuwingen en voorzorgen algemeen

Wees voorzichtig bij actieve systemische infecties. Patiënten kunnen vatbaarder zijn voor infecties, vooral bij ingekapselde bacteriën. Vóór starten van de therapie, immunisatie toedienen volgens de geldende immunisatierichtlijnen; minstens twee weken vóór aanvang van de therapie, de patiënt (re)vaccineren tegen meningokokkeninfectie (Neisseria meningitidis) en tijdens de therapie goed letten op vroege tekenen van een meningokokkeninfectie (diverse serogroepen mogelijk). Patiënten ≤ 18 jaar vaccineren tegen Haemophilus influenzae en pneumokokkeninfecties. Bij het optreden van ernstige infusie- of overgevoeligheidsreacties de behandeling staken. Hemolyse is gemeld als een dosis is overgeslagen of toediening is uitgesteld bij patiënten met PNH. Bij staken van de behandeling voor PNH de patiënt minstens 8 weken intensief controleren op verschijnselen van ernstige intravasculaire hemolyse of andere reacties. Bij ernstige hemolyse bloedtransfusie, exsanguinatietransfusie, corticosteroïden, anticoagulantia of herstarten van eculizumab overwegen. Trombotische microangiopathie is gemeld als een dosis is overgeslagen of toediening is uitgesteld bij patiënten met aHUS. De behandeling voor aHUS is in principe levenslang en mag alleen gestaakt worden wanneer dit medisch verantwoord is. Bij staken van de therapie voor aHUSlevenslang nauwgezet controleren (aantal trombocyten, LDH en serumcreatinine) op (zeer) ernstige complicaties door trombotische microangiopathie; complicaties zijn waargenomen 4 weken na staken en kunnen optreden zolang er niet behandeld wordt; bij optreden hiervan overwegen om de behandeling met eculizumab ter hervatten. Er is onvoldoende ervaring met het gebruik bij gestoorde leverfunctie. Er is weinig ervaring van het gebruik bij ouderen (≥ 65 j.). Eculizumab toedienen onder toezicht van een hematoloog of nefroloog.

Interacties

Interacties immunosuppressiva algemeen

Relevant:

Levende vaccins (zie inleidende tekst Vaccins, Algemene opmerkingen): vaccinatie met levende micro-organismen tijdens immunosuppressieve therapie (behalve cutaan toegediend pimecrolimus of tacrolimus) kan een gegeneraliseerde infectie veroorzaken. De combinatie moet worden vermeden.

Niet-levende vaccins (zie inleidende tekst Vaccins, Algemene opmerkingen): tijdens gebruik van immunosuppressiva kunnen vaccinaties met gedode verwekker of afgeleid antigeen minder effectief zijn door een verminderde immuunrespons. In sommige gevallen kan het vaccin herhaald worden toegediend of kan een titerbepaling worden gedaan.

De werking van immunocyanine kan worden verminderd.

Geen interactie: in de literatuur is onvoldoende onderbouwing voor interactie met allergenen van natuurlijke oorsprong.

Referenties

  1. Alexion Europe SAS, SPC Soliris (EU/1/07/393/001) 8-4-2020, www.ema.europa.eu, Geraadpleegd 16-6-2020
  2. ZorgInstituut Nederand, Farmacotherapeutisch Kompas (Eigenschappen, Contra-Indicaties, Bijwerkingen, Waarschuwingen en Voorzorgen), Geraadpleegd 17 feb 2016
  3. InformatoriumMedicamentorum., (Interacties), Geraadpleegd 12 juni 2018
  4. Bomback AS et al. , Eculizumab in the treatment of membranoproliferative glomerulonephritis., Nephron Clin Pract. , 2014, 128(3-4), 270-6
  5. Häffner K et al. , Successful therapy of C3Nef-positive C3 glomerulopathy with plasma therapy and immunosuppression., Pediatr Nephrol. , 2015, May 19
  6. Payette A et al. , A case of C3 glomerulonephritis successfully treated with eculizumab., Pediatr Nephrol. , 2015, Jun;30(6), 1033-7
  7. Sánchez-Moreno A et al. , Eculizumab in dense-deposit disease after renal transplantation., Pediatr Nephrol. , 2014 , Oct;29(10):, 2055-9
  8. Vivarelli M et al. , Treatment of C3 glomerulopathy with complement blockers., Semin Thromb Hemost. , 2014 , Jun;40(4), 472-7

Wijzigingen

  • 17 februari 2016 20:18: De literatuur over de toepassing van eculizumab bij kinderen werd beoordeeld. Dit heeft geleid tot de toevoeging van de indicatie C3G.
  • 17 februari 2016 20:03: Update naar EB Monografie

Therapeutic Drug Monitoring


Overdosering