Lactulose

Stofnaam
Lactulose
Merknaam
Duphalac
ATC code
A06AD11
Doseringen
Nierfunctiestoornissen

Produkten, hulpstoffen, toediening en tekorten
Bijwerkingen
Contraindicaties
Waarschuwingen en voorzorgen

Interacties

Voor ouders op Apotheek.nl
Eigenschappen (PD/PK)

Registratiestatus
Middelen uit dezelfde ATC groep
Referenties
Versiebeheer

Eigenschappen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Lactulose is een synthetisch derivaat van lactose. Het wordt nauwelijks geabsorbeerd, maar door de colonflora omgezet in organische zuren zoals melk- en azijnzuur. De hierdoor teweeggebrachte daling van de pH en de osmotische veranderingen bevorderen de peristaltiek en normaliseren de consistentie van de feces. Lactulose versterkt als prebioticum de groei van Bifidobacterium en Lactobacillus, terwijl het Clostridium en Escherichia coli onderdrukt. Bij (pre)coma hepaticum zou lactulose, door verlaging van de pH in het colon en afname van de proteolytische flora, daling van het ammoniakgehalte in het bloed veroorzaken. Stroop 670 mg/ml komt overeen met 500 mg/g.

Farmacokinetiek bij kinderen

Werking treedt pas na enkel dagen in.

Algemene opmerkingen

Bij indicatie hyperammoniemie wordt het effect waarschijnlijk bereikt door beinvloeding van de ammoniakhuishouding van bacterieën in de darm.

Label dosisadvies Kinderformularium

Obstipatie:
Neonaten:
Off-label
1 mnd-6 mnd: On-label
7 mnd-18 jr: doseringen > 10 g/dag off-label
Precoma / coma hepaticum: Off-label
Hyperammoniemie:
Off-label

Toon SmPC tekst Toon SmPC tekst

SmPC tekst

Obstipatie:
<1 jaar: 5 ml/dag overeenkomend met 3335 mg/dag
1-6 jaar: 5-10 ml/dag, overeenkomend met 3,3 - 6,6 g/dag
7-14 jaar: 10-15 ml/dag, overeenkomend met 6,6 - 10 g/dag

Beschikbare toedieningsvormen/sterktes

Stroop 10 g
Stroop 670 mg/ml
Poeder 6 g, 12 g
De smaak kan een probleem zijn. Lactulose mag worden opgelost in thee, melk of limonade of worden toegevoegd aan yoghurt of vla.

Overige info toediening/beschikbaarheid

Informatie over geneesmiddeltekorten

Doseringen

Obstipatie
  • Oraal
    • a terme neonaat
      [1]
      • 334 - 667 mg/kg/dag in 1 - 2 doses.  (0,5 - 1 ml/kg/dag in 1 - 2 doses).
      • 334 mg/kg/dag = 0,5 ml/kg/dag stroop 667 mg/ml
        667 mg/kg/dag =   1 ml/kg/dag stroop 667 mg/ml

        De dosering is afhankelijk van de patiënt en kan het beste aangepast worden aan de individuele behoefte.

        Er zijn geen onderzoeken naar de toepassing van lactulose bij neonaten verricht.

    • 1 maand tot 7 maanden
      • 400 - 700 mg/kg/dag in 1 - 2 doses.
      • 400 mg/kg/dag ≈ 0,6 ml/kg/dag stroop 667 mg/ml
        700 mg/kg/dag ≈  1  ml/kg/dag stroop 667 mg/ml

        Vanwege beperkt aantal onderzoeken die er bij deze leeftijdscategorie uitgevoerd zijn wordt het doseringsadvies van het registratiedossier aangehouden.

    • 7 maanden tot 18 jaar
      [2] [3] [4] [5] [6] [7]
      • 600 - 2.000 mg/kg/dag in 1 - 2 doses. Max: 66 g/dag.
      • 600 mg/kg/dag ≈ 0,9 ml/kg/dag stroop 667 mg/ml
        2000 mg/kg/dag ≈ 3 ml/kg/dag stroop 667 mg/ml

        In de praktijk kunnen soms ook hogere doses gegeven worden. Als regel kan reeds na enkele dagen de dosering worden verlaagd en aangepast aan de behoefte van de patiënt.

Precoma / coma hepaticum
  • Oraal
    • 1 maand tot 18 jaar
      [1]
      • 1.000 mg/kg/dag in 3 doses. Max: 100 g/dag.
      • 1000 mg/kg/dag = 1,5 ml/kg/dag stroop 667 mg/ml

Hyperammoniëmie
  • Oraal
    • 0 jaar tot 18 jaar
      [1]
      • 1.000 mg/kg/dag in 3 doses. Max: 100 g/dag.
      • 1000 mg/kg/dag = 1,5 ml/kg/dag stroop 667 mg/ml

        Behandeling bij hyperammoniemie ter evacuatie van bacterien (mogelijke ammoniakbron) uit de tractus digestivus.

        Behandeling in overleg met een kinderarts-specialist (metabole ziekten) die ervaring heeft met gebruik van lactulose voor deze indicatie.

         

Nierfunctiestoornissen bij kinderen > 3 maanden

GFR ≥10 ml/min/1.73m2: aanpassing van de dosering is niet nodig.

GFR <10 ml/min/1.73m2: een algemeen advies kan niet worden gegeven.

Bijwerkingen bij kinderen

Flatulentie, misselijkheid en braken. Bij te hoge dosering buikpijn en diarree. Chronisch gebruik kan leiden tot verstoring van de elektrolytenbalans.

 

Bijwerkingen algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Zeer vaak (> 10%): diarree. Vaak (1-10%): flatulentie, buikpijn, misselijkheid, braken. Soms (0,1-1%): verstoring van elektrolytenbalans (o.a. hypokaliëmie) en dehydratie als gevolg van diarree. Zelden (0,01-0,1%): hypernatriëmie (bij hepatische encefalopathie).

Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb

  • Bij kinderen worden veel geneesmiddelen off-label gebruikt. Alle ervaringen zijn belangrijk om te melden om zo meer kennis te verzamelen en te delen
  • Ook wanneer u niet zeker weet of de bijwerking echt door het geneesmiddel komt
Meld hier

Contra-indicatie algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Plotseling optredende buikpijn (appendicitis, ileus); obstructie of perforatie van de darm, of kans hierop (zoals bij colitis ulcerosa of de ziekte van Crohn); galactosemie

Waarschuwingen en voorzorgen bij kinderen

Bij lactasedeficiëntie moet er rekening worden gehouden met het gehalte aan lactose. Chronisch gebruik kan leiden tot verstoring van de elektrolytenbalans. Bij buikpijn en diarree dient de dosis te worden verlaagd.

Waarschuwingen en voorzorgen algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Wanneer gebruik bij chronische obstipatie na enkele dagen geen verbetering geeft, (opnieuw) de arts raadplegen. Bij (hevige) buikpijn met onbekende oorzaak tevens een arts raadplegen om o.a. perforatie of obstructie van de darm uit te sluiten. Dehydratie: Bij gebruik van lactulose 1½–2 liter vocht per dag drinken, bij patiënten met vochtverlies bij wie dehydratie schadelijk kan zijn (nierinsufficiëntie, ouderen) alleen toepassen onder medisch toezicht. Hypokaliëmie: Chronisch gebruik of misbruik kan leiden tot een verstoring van de elektrolytenbalans, met name tot een verlaagde kaliumspiegel. Incontinentie: De reflex die voor ontlasting zorgt, kan verstoord raken door lactulosegebruik. Lactasedeficiëntie: Bij lactasedeficiëntie rekening houden met het gehalte aan lactose.

Diabetes mellitus: De gebruikelijke dosering bij obstipatie vormt geen bezwaar bij diabetes mellitus; houd bij diabetespatiënten met (pre)coma hepaticum rekening met het gehalte aan suikers in lactulose.

Roemheld-syndroom: Indien bij een gastro-cardiaal syndroom (Roemheld-syndroom) symptomen van meteorisme of zwelling optreden, de dosering verlagen of de behandeling staken.

Interacties Bron: KNMP/Informatorium Medicamentorum

Niet beoordeeld: langdurig gebruik van lactulose kan het effect van cumarinederivaten versterken.

Bij toepassing bij hepatische encefalopathie kunnen antacida het effect van lactulose verminderen.

De suikerabsorptietest geeft onbetrouwbare resultaten bij het gelijktijdig gebruik van lactulose als laxans en van geneesmiddelen die de permeabiliteit van de darmmucosa verhogen, zoals antipyretische analgetica en oncolytica.

MIDDELEN BIJ OBSTIPATIE

Deze pagina geeft een overzicht van geneesmiddelen uit dezelfde ATC groep. Let op: Dit betekent niet per definitie dat deze middelen onderling uitwisselbaar zijn.

EMOLLIENTIA
A06AA01
CONTACTLAXANTIA

Bisacodyl

Dulcolax
A06AB02

Natriumpicosulfaat

Dulcopearls, Dulcodrops
A06AB08
A06AB58
A06AB06
VOLUMEVERGROTENDE LAXANTIA

Plantago ovata (psylliumzaad)

Metamucil, Volcolon suikervrij.
A06AC01
OSMOTISCH WERKENDE LAXANTIA

Lactitol

Importal
A06AD12

Macrogol 3350/electrolyten

Movicolon "Junior", Transipeg, Klean-prep
A06AD65

Macrogol 4000

Forlax 'Junior', Forlax
A06AD15
KLYSMA'S
A06AG
A06AG10
A06AG01
A06AG11

Referenties

  1. Rademaker C.M.A. et al, Geneesmiddelen-Formularium voor Kinderen, 2007
  2. Baker SS, et al., Constipation in infants and children: evaluation and treatment. A medical position statement of the North American Society for Pediatric Gastroenterology and Nutrition, J Pediatr Gastroenterol Nutr, 1999, 612-26
  3. Dupont C, et al, Double-blind randomized evaluation of clinical and biological tolerance of polyethylene glycol 4000 versus lactulose in constipated children., J Pediatr Gastroenterol Nutr, 2005, 41, 625-33
  4. Voskuijl W, et al., PEG 3350 (Transipeg) versus lactulose in the treatment of childhood functional constipation: a double blind, randomised, controlled, multicentre trial., Gut, 2004;, 53, 1590-4
  5. Gremse DA, et al., Comparison of polyethylene glycol 3350 and lactulose for treatment of chronic constipation in children., Clin Pediatr (Phila), 2002, 4, 225-9
  6. Candy DC, et al, Treatment of faecal impaction with polyethelene glycol plus electrolytes (PGE + E) followed by a double-blind comparison of PEG + E versus lactulose as maintenance therapy., J Pediatr Gastroenterol Nutr, 2006, 43, 65-70
  7. Rendeli C, et al, Polyethylene glycol 4000 vs. lactulose for the treatment of neurogenic constipation in myelomeningocele children: a randomized-controlled clinical trial., Aliment Pharmacol Ther 2006;;:, 2006, 15, 23:1259-65.
  8. ZorgInstituut Nederland, Farmacotherapeutisch Kompas (Eigenschappen, Contra-Indicaties, Bijwerkingen, Waarschuwingen en Voorzorgen), Geraadpleegd 5-11-2020
  9. Informatorium Medicamentorum, (Interacties), Geraadpleegd 29 okt 2014
  10. Abbott B.V., SmPC Duphaac Fruit RVG 102976 , www.geneesmiddeleninformatiebank.nl, 22-07-2020

Wijzigingen

Therapeutic Drug Monitoring


Overdosering