Alcohol

Stofnaam
Alcohol
Merknaam
ATC code
V03AB16
Doseringen
Nierfunctiestoornissen

Produkten, hulpstoffen, toediening en tekorten
Bijwerkingen
Contraindicaties
Waarschuwingen en voorzorgen

Interacties
Eigenschappen (PD/PK)

Registratiestatus
Middelen uit dezelfde ATC groep
Referenties
Versiebeheer

Eigenschappen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Er is hier op dit moment nog geen informatie over beschikbaar.

Farmacokinetiek bij kinderen

Geen informatie

Label dosisadvies Kinderformularium

Intoxicatie: Off-label

Toon SmPC tekst Toon SmPC tekst

SmPC tekst

Niet geregistreerd als geneesmiddel

Beschikbare toedieningsvormen/sterktes

Er is hier op dit moment nog geen informatie over beschikbaar.

Overige info toediening/beschikbaarheid

Informatie over geneesmiddeltekorten

Doseringen

methanol-,ethyleenglycol intoxicatie
  • Intraveneus
    • 1 maand tot 18 jaar
      • Startdosering: 10 ml/kg/dosis, éénmalig in 1 uur. Onderhoudsdosering: dosering vaststellen op geleide van plasmaconcentratiemetingen, in overleg met apotheker.

Nierfunctiestoornissen bij kinderen > 3 maanden

Er zijn geen gegevens bekend over doseeraanpassing bij nierfunctiestoornissen.

Bijwerkingen algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Na inname van kleine hoeveelheden kunnen verminderd kritisch vermogen, emotionele labiliteit, moeilijke spraak, visusstoornissen en ataxie optreden. 'Hangover'-effecten zijn misselijkheid, hoofdpijn, duizeligheid en tremor.

Na inname van grote hoeveelheden kunnen gastritis, lethargie, amnesie, hypothermie, hypoglykemie (vooral bij kinderen), ademhalingsdepressie, cardiomyopathie, hypotensie gevolgd door hypertensie, stupor en coma optreden.

Chronisch gebruik kan leiden tot levercirrose (mogelijk zijn vrouwen gevoeliger voor het ontwikkelen van levercirrose), pancreatitis, hyperurikemie en jicht, hypoglykemie, hypomagnesiëmie, vitamine A-deficiëntie, foliumzuurdeficiëntie met als gevolg megaloblastaire anemie, pyridoxinedeficiëntie met als gevolg perifere neuropathie en sideroblastaire anemie, het syndroom van Korsakoff (amnesie en oriëntatiestoornissen), het syndroom van Wernicke (oogspierverlamming, zwaaiende gang, polyneuropathie, verwardheid en amnesie), cardiovasculaire aandoeningen, zoals hypertensie en aritmie, trombocytopenie en ketoacidose. Het syndroom van Wernicke komt meestal voor in combinatie met thiaminedeficiëntie.

Bij chronisch gebruik van grote hoeveelheden is het risico op maligne tumoren in de mondholte, de keel, de oesofagus en de lever verhoogd.

Tolerantie en afhankelijkheid kunnen optreden. Onthoudingsverschijnselen beginnen meestal 6-48 uur na de laatste inname en kunnen 2-7 dagen aanhouden. Symptomen zijn misselijkheid, verlies van eetlust, hyperreflexie, angst, slapeloosheid, zweten, koorts, hypertensie, tachycardie, convulsies, hallucinaties en tremor.

Werkt irriterend op de ogen, de ademhalingsorganen en de huid. Contactdermatitis komt zelden voor.

Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb

  • Bij kinderen worden veel geneesmiddelen off-label gebruikt. Alle ervaringen zijn belangrijk om te melden om zo meer kennis te verzamelen en te delen
  • Ook wanneer u niet zeker weet of de bijwerking echt door het geneesmiddel komt
Meld hier

Waarschuwingen en voorzorgen bij kinderen

Bij ernstige intoxicatie opladen tijdens plasma-analyse. Ethanolconcentratie op 1 promille (1000 mg/l) houden. 1 liter bevat 64 g alcohol (6,4% g/v). Cave potentiering neurotoxische werking (sterke sedatie) van methanol/ethyleenglycol en alcohol. Bij brandspiritusintoxicatie eerst de laboratoriumresultaten afwachten.

Interacties Bron: KNMP/Informatorium Medicamentorum

Niet beoordeeld: de sedatieve werking van ethanol en andere centraal-depressieve stoffen versterkt het effect van deze stoffen en verhoogt daardoor het risico op het slagen van een poging tot suïcide.

Grote hoeveelheden ineens versterken de werking van bloedglucoseverlagende middelen en cumarinederivaten.

Ethanol verhoogt het risico op een maagbloeding bij gelijktijdig gebruik van een salicylaat of een ander NSAID.

De vaatverwijdende werking van ethanol versterkt het hypotensieve effect van nitraten en nitrieten.

De hepatotoxiciteit van methotrexaat en isoniazide wordt mogelijk versterkt.

Het disulfiram-effect kan optreden bij toediening tegelijkertijd met een sulfonylureumderivaat, cefamandol, griseofulvine, ketoconazol, metronidazol of procarbazine. Symptomen van het disulfiram-effect zijn blozen, hypotensie, tachycardie, duizeligheid, dyspneu, misselijkheid en wazig zien. Deze verschijnselen worden veroorzaakt door remming van het enzym alcoholdehydrogenase, waardoor de concentratie aceetaldehyde toeneemt.

Chronisch gebruik van ethanol induceert CYP2E1, waardoor de hepatoxiciteit van paracetamol toeneemt. Een grote hoeveelheid ethanol ineens vermindert de hepatoxiciteit van paracetamol, door competitieve remming van CYP2E1.

Chronisch ethanolgebruik verlaagt de plasmaconcentratie van doxycycline, fenytoïne en cumarinederivaten waarschijnlijk ten gevolge van enzyminductie. Verapamil verhoogt de plasmaconcentratie van ethanol.

Ethanol en fomepizol verlengen elkaars eliminatiehalfwaardetijd.

ALLE OVERIGE THERAPEUTISCHE MIDDELEN

Deze pagina geeft een overzicht van geneesmiddelen uit dezelfde ATC groep. Let op: Dit betekent niet per definitie dat deze middelen onderling uitwisselbaar zijn.

ANTIDOTA

Digoxine Fab fragmenten

Digitalis antidot
V03AB24
V03AB27

Flumazenil

Anexate
V03AB25
V03AB19
V03AB33

Kaliumjodide

Kajodan
V03AB21
V03AB17
V03AB15
V03AB06

Obidoxim

Toxogonin
V03AB13
V03AB14

Sugammadex

Bridion
V03AB35
IJZERCHELERENDE MIDDELEN

Deferasirox

Exjade
V03AC03

Deferipron

Ferriprox
V03AC02

Deferoxamine

Desferal
V03AC01
MIDDELEN BIJ HYPERKALIEMIE EN HYPERFOSFATEMIE
V03AE07
V03AE05

Polystyreensulfonzuur

Sorbisterit Ca-resonium, Resonium A
V03AE01

Sevelameer

Renagel, Renvela
V03AE02
DETOXIFICANTIA BIJ BEHANDELING MET ONCOLYTICA

Folinezuur

Rescuvolin, VoriNa
V03AF03
V03AF01

Rasburicase

Fasturtec
V03AF07
MIDDELEN BIJ HYPOGLYKEMIE

Diazoxide

Proglicem
V03AH01

Referenties

  1. Rademaker C.M.A. et al, Geneesmiddelen-Formularium voor Kinderen, 2007
  2. Informatorium Medicamentorum, (Interacties, Bijwerkingen), 2008

Wijzigingen

Therapeutic Drug Monitoring


Overdosering