Protamine

Stofnaam
Protamine
Merknaam
ATC code
V03AB14
Doseringen
Nierfunctiestoornissen

Produkten, hulpstoffen, toediening en tekorten
Bijwerkingen
Contraindicaties
Waarschuwingen en voorzorgen

Interacties
Eigenschappen (PD/PK)

Registratiestatus
Middelen uit dezelfde ATC groep
Referenties
Versiebeheer

Eigenschappen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Protamine(sulfaat) is een polypeptide afkomstig uit hom (sperma) van de zalm. Protamine werkt als antagonist doordat het als sterke base met zuur heparine of LMWH een stabiel inactief (zout)complex vormt. Dit complex heeft geen anticoagulerende activiteit. Daarnaast heeft protamine zelf (ook) een zwak anticoagulerend effect. Hierdoor kunnen, bij toediening van meer protamine dan nodig is voor de neutralisatie van heparine, bloedingen optreden.

Protamine is minder effectief bij overdosering van een LMWH; volgens de fabrikant van Leo Pharma neutraliseert protaminesulfaat bijna volledig de antifactor-IIa-activiteit (voor elke LMWH > 87%), maar neutraliseert slechts gedeeltelijk de anti-factor-Xa-activiteit. De neutralisatiegraad met betrekking tot de hoeveelheid anti-Xa geneutraliseerd in vitro is:

  • dalteparine: 59%;
  • enoxaparine: 46%;
  • nadroparine: 51%;
  • tinzaparine: 81%.

Werking: na i.v.-toediening treedt heparine-neutralisatie op na < 1–15 min.

Farmacokinetiek bij kinderen

Geen informatie

Label dosisadvies Kinderformularium

Off-label

Toon SmPC tekst Toon SmPC tekst

SmPC tekst

Niet geregistreerd voor kinderen.

Beschikbare toedieningsvormen/sterktes

Inj.vlst. (hydrochloride) 1000 IE/ml; 5000 IE/ml 
Inj.vlst. (sulfaat) 1400 IE/ml

Protamine Hcl: 1000 IE = ±10 mg

Overige info toediening/beschikbaarheid

Informatie over geneesmiddeltekorten

Doseringen

Heparine of LMWH overdosering
  • Intraveneus
    • 1 maand tot 18 jaar
      [1]
      • Maximale infusiesnelheid 5 mg/min, max 50 mg/dosis

        HEPARINE: Beoordeel op basis van aPTT. De dosering is afhankelijk van de dosis en tijd van de laatste toediening heparine (zie algemene opmerkingen): 
         

        Tijd sinds laatste heparine toediening (min)   Dosis protamine(mg) ter neutralisering van 100 units heparine
         < 30  1
         30-60  0,5-0,75
         60-120  0,375-0,5
         >120  0,25-0,375
        • Dosering protamine na subcutane en iv heparine gelijk. Deel kan als langzame infusie worden gegeven en de rest vervolgens over 8-16 uur.
        • Herhaaldelijke toediening kan nodig zijn omdat protamine sneller uit het bloed verdwijnt dan heparine  of vanwege de verlengde absorptie na subcutane toediening van heparine.

        LMWH:

        • Over het algemeen neutraliseert 1 mg protaminesulfaat 100 antifactor Xa eenheden LMWH.
        • Binnen 4 uur na toediening van LMWH is het doel om de volledige dosis te neutraliseren.
        • 4-8 uur na toediening van LMWH: Neutraliseer 50% van de dosis.
        • Voor informatie over de protamine dosis voor het neutraliseren van LMWH, zie de waarschuwingen in de relevante LMWH monografie.
        • Herhaaldelijke toediening kan nodig zijn omdat protamine sneller uit het bloed verdwijnt dan LMWH's, of vanwege de verlengde absorptie na subcutane toediening vaneen LMWH

         

Nierfunctiestoornissen bij kinderen > 3 maanden

GFR ≥10 ml/min/1.73m2: aanpassing van de dosering is niet nodig.

GFR <10 ml/min/1.73m2: een algemeen advies kan niet worden gegeven.

Bijwerkingen algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Gemeld zijn (frequentie van optreden onbekend):

  • overgevoeligheids- en anafylactische reacties zoals urticaria of andere huiduitslag, perifere vasodilatatie, dyspneu of angio-oedeem;
  • ernstigere reacties: bronchospasmen, hypotensie met cardiale en circulatiestoornissen, bewustzijnsverlies, krampen, (fatale) anafylactische shock; zie de rubriek Waarschuwingen en voorzorgen voor de risicofactoren voor een anafylactische reactie;
  • pulmonale hypertensie, pulmonaal oedeem. Rechterventrikelfalen (door pulmonale hypertensie). Verlengde hypotensie, geassocieerd met bradycardie, cyanose, stupor, syncope, verlies van bewustzijn of kortstondige hartstilstand. Ernstige acute pulmonale vasoconstrictie met cardiovasculaire collaps. Bloeding. Misselijkheid en braken. Rugpijn.

Bij te snelle intraveneuze toediening kunnen optreden: hypotensie (ernstig of voorbijgaand), hypertensie, bradycardie, dyspneu, misselijkheid, braken, warmtegevoel, plotselinge roodheid van de huid.

Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb

  • Bij kinderen worden veel geneesmiddelen off-label gebruikt. Alle ervaringen zijn belangrijk om te melden om zo meer kennis te verzamelen en te delen
  • Ook wanneer u niet zeker weet of de bijwerking echt door het geneesmiddel komt
Meld hier

Contra-indicatie algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas


 

Waarschuwingen en voorzorgen algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Protamine is niet geschikt om het effect van vitamine K-antagonisten tegen te gaan.

De anti-Xa activiteit van LMWH's kan niet compleet reversibel zijn met protaminesulfaat en kan tot 24 uur na toediening aanhouden. Zie ook de rubriek Eigenschappen.

Te snelle toediening kan o.a. ernstige hypotensie, bradycardie en een verhoogde kans op anafylactische reacties veroorzaken; zie ook de rubriek Bijwerkingen.

Omdat het (te snel) toedienen een anafylactische reactie kan veroorzaken moet reanimatie-apparatuur en shockbehandeling onmiddellijk beschikbaar zijn. Wees vooral zeer voorzichtig bij patiënten met een verhoogd risico op de ontwikkeling van antiprotamine-antilichamen en overgevoeligheidsreacties, extra medisch toezicht is dan vereist, zoals bij:

  • eerder ondergane procedures zoals coronairangioplastiek waarbij protamine kan worden gebruikt;
  • (kruis)allergie voor viseiwit (zie ook Eigenschappen);
  • na eerdere toediening van protamine of een protaminebevattende insuline (bij diabetespatiënten);
  • mannen die een vasectomie hebben ondergaan of onvruchtbaar zijn.

Een rebound anticoagulatie-effect van heparine of een LMWH dat gepaard gaat met bloedingen is in enkele gevallen gemeld, ondanks initiële toereikende heparineneutralisatie door protamine. Dit komt vaker voor bij toepassing van extracorporale circulatie tijdens cardiovasculaire ingrepen, binnen 0,5-18 uur na het toedienen van protamine. Deze bloedingen zijn te behandelen met aanvullende doses protamine. Reboundbloedingen kunnen ook optreden als protamine is gebruikt voor het neutraliseren van subcutaan toegediend heparine of een LMWH, ten gevolge van de continue afgifte van heparine of het LMWH uit de subcutane injectieplaats, die werkt als een depot.

Bij langdurige behandeling waarbij protamine herhaaldelijk moet worden toegediend, de stollingsparameters zoals de ACT nauwlettend controleren. Omdat trombocytopenie als gevolg van extracorporale circulatie (ECLS) kan worden verergerd door protamine, na toepassing van ECLS ook het trombocytenaantal controleren.

In geval van overdosering van heparine én afwezigheid van een duidelijke bloeding, de toepassing van protamine zorgvuldig overwegen. Bepaal hierbij de risico/voordelen-ratio voor de patiënt en weeg de relatief korte halfwaardetijd van heparine (vooral bij i.v.-toediening) en de potentiële risico’s van het gebruik van protamine af.

Overdosering van protamine of toediening in afwezigheid van heparine of een LMWH kan de coagulatietijd verlengen, omdat protamine zelf een anticoagulerende werking heeft (zie Eigenschappen).

Interacties Bron: KNMP/Informatorium Medicamentorum

Niet beoordeeld: het kan de werking van niet-depolariserende spierrelaxantia versterken.

ALLE OVERIGE THERAPEUTISCHE MIDDELEN

Deze pagina geeft een overzicht van geneesmiddelen uit dezelfde ATC groep. Let op: Dit betekent niet per definitie dat deze middelen onderling uitwisselbaar zijn.

ANTIDOTA
V03AB16

Digoxine Fab fragmenten

Digitalis antidot
V03AB24
V03AB27

Flumazenil

Anexate
V03AB25
V03AB19
V03AB33

Kaliumjodide

Kajodan
V03AB21
V03AB17
V03AB15
V03AB06

Obidoxim

Toxogonin
V03AB13

Sugammadex

Bridion
V03AB35
IJZERCHELERENDE MIDDELEN
V03AC03

Deferipron

Ferriprox
V03AC02

Deferoxamine

Desferal
V03AC01
MIDDELEN BIJ HYPERKALIEMIE EN HYPERFOSFATEMIE
V03AE07
V03AE05

Polystyreensulfonzuur

Sorbisterit Ca-resonium, Resonium A
V03AE01

Sevelameer

Renagel, Renvela
V03AE02
DETOXIFICANTIA BIJ BEHANDELING MET ONCOLYTICA

Folinezuur

Rescuvolin, VoriNa
V03AF03
V03AF01

Rasburicase

Fasturtec
V03AF07
MIDDELEN BIJ HYPOGLYKEMIE

Diazoxide

Proglicem
V03AH01

Referenties

  1. Monagle P, et al, Therapy in Neonates and Children: Antithrombotic Therapy and Prevention of Thrombosis, 9th ed: American College of Chest Physicians Evidence-Based Clinical Practice Guidelines, Chest. 2012 , 2012, Feb;141(2 Suppl), e737S-e801S.
  2. Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde, sectie kinderhematologie, Richtlijn Diagnostiek en behandeling van veneuze trombo-embolische complicaties bij neonaten en kinderen tot 18 jaar, https://hematologienederland.nl/kwaliteit/werkboek-kinderhematologie/, 2020, Jan , Revisie 1
  3. ZorgInstituut Nederland, Farmacotherapeutisch Kompas (Eigenschappen, Contra-Indicaties, Bijwerkingen, Waarschuwingen en Voorzorgen), Geraadpleegd 1 dec 2023
  4. Informatorium Medicamentorum, (Interacties), Geraadpleegd 19 okt 2020

Wijzigingen

  • 06 december 2023 10:03: Aan het doseeradvies is toegevoegd dat herhaalde toediening noodzakelijk kan zijn agv onvolledige neutralisatie en het vertraagd vrijkomen van LMWH uit het subcutane depot
  • 18 juli 2022 10:24: Correctie ten aanzien van de hoeveelheid protamine die nodig is om nadroparine te neutraliseren. (Dit is niet 0,6 mg voor 950 IE nadroparine, maar 6 mg). Bron; SmPC fraxiparine

Therapeutic Drug Monitoring


Overdosering