On-label
Toon SmPC tekstTablet 100. Bevat lactose
Anthelminthicum met vermicide, larvicide en ovicide werking. Mebendazol interfereert met de cellulaire tubulinevorming in de darm van wormen door specifiek te binden aan tubuline, wat leidt tot degeneratieve veranderingen in de darm. Hierdoor worden de glucose-opname en de spijsverteringsfuncties van de worm zodanig verstoord dat een autolytisch proces in gang wordt gezet.
Mebendazol is werkzaam tegen nematodeninfestaties in het darmkanaal zoals die met Enterobius vermicularis, Ascaris lumbricoides, Trichuris trichiura, Ancylostoma duodenale, Necator americanus en Taenia solium. Soms kan het tot drie dagen na inname duren alvorens de werkzaamheid intreedt.
De absorbtie is gering op nuchtere maag.
Indicatie: Enterobiasis |
---|
|
Indicatie: Ascariasis, trichuriasis, toxocariasis en mijnworminfecties |
---|
|
GFR ≥10 ml/min/1.73m2: aanpassing van de dosering is niet nodig.
GFR <10 ml/min/1.73m2: een algemeen advies kan niet worden gegeven.
BENZIMIDAZOOLDERIVATEN | ||
---|---|---|
Eskazole
|
P02CA03 |
BENZIMIDAZOOLDERIVATEN | ||
---|---|---|
Eskazole
|
P02CA03 |
Zeer zelden: bij zuigelingen: koorts, convulsies en erythema multiforme.
Zeer zelden (< 0,01%): diarree, buikpijn. Overgevoeligheidsreacties zoals huiduitslag, urticaria, angio-oedeem, anafylactische en anafylactoïde reacties, exantheem, Stevens-Johnsonsyndroom, toxische epidermale necrolyse. Bij langdurig gebruik van hoger dan de aanbevolen doses, zeer zelden granulocytopenie, abnormale leverfunctiewaarden, hepatitis en glomerulonefritis.
Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb
Er is weinig ervaring met het gebruik bij kinderen jonger dan 2 jaar.
Indien de worminfectie gepaard gaat met diarree, kan deze tegelijkertijd symptomatisch worden behandeld. Bij enterobiasis (oxyuriasis) het gehele gezin behandelen om herinfectie te voorkómen.
Relevant: lopinavir en ritonavir kunnen het metabolisme van mebendazol versnellen.
Bij combinatie met metronidazol is een verhoogde incidentie van het syndroom van Stevens-Johnson en toxische epidermale necrolyse gemeld.
Niet relevant: de plasmaconcentratie stijgt door cimetidine.
Niet beoordeeld: de plasmaconcentratie daalt door fenytoïne, carbamazepine en waarschijnlijk ook andere enzyminducerende middelen. Deze interacties zijn alleen bij hoge doses bij extra-intestinale infecties mogelijk van belang.