Specifiek immuniserende werking tegen hepatitis B-antigeen (anti-HBsAg). De toegediende immunoglobulinen zullen het hepatitis B-virus neutraliseren, waardoor het niet meer kan binden aan de levercel. Een antistofconcentratie in het serum ≥ 10 mIE/ml wordt geacht tegen hepatitis B-infectie te beschermen.
Geen informatie
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Infusievlst. 50 IE/ml
Inj.vlst. 180 IE/ml
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Profylaxe van hepatitis B bij neonaten van HBsAg-positieve moeders |
---|
|
Profylaxe van hepatitis B bij accidentele blootstelling |
---|
|
Profylaxe van hepatitis B bij voortdurend besmettingsrisico |
---|
Profylaxe van hepatitis-B-virus herinfectie na levertransplantatie |
---|
|
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Er zijn geen gegevens bekend over doseeraanpassing bij nierfunctiestoornissen.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Na intramusculaire of intraveneuze toediening: Zelden (0,01-0,1%): hoofdpijn. Overgevoeligheidsreactie, incl. anafylactische shock. Tachycardie, hypotensie. Huidreactie, waaronder erytheem, jeuk. Misselijkheid, braken. Koorts, malaise, rillingen. Zeer zelden ( < 0,01%): artralgie. Verder zijn gemeld: trombose. Intolerantiereacties (bij herinfectiebehandeling na levertransplantatie).
Na subcutane toediening: Vaak (1-10%): reactie op de injectieplaats. Soms (0,1-1%): hoofdpijn. Buikpijn. Zelden (0,01-0,1%): Zeer zelden ( < 0,01%): Verder zijn gemeld: vermoeidheid. Hypertensie. Nasofaryngitis, keelpijn. Spierspasmen.
Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Overgevoeligheid voor humane immunoglobulinen zoals selectieve IgA-deficiëntie waarbij anti-IgA-antistoffen zijn aangetoond.
Patiënten met IgA-deficiëntie kunnen anti-IgA-antistoffen ontwikkelen en daardoor een anafylactische reactie ontwikkelen na toediening omdat de preparaten IgA bevatten. Ook indien een pasgeborene prematuur of ernstig ziek is, direct na de geboorte hepatitis B-immunoglobuline geven. Bij kinderen die zijn behandeld door middel van wisseltransfusies een extra dosis overwegen. Voorzichtig bij risicofactoren voor trombose, omdat intraveneuze toediening van immunoglobulinen tot trombo-embolische complicaties kan leiden. Na injectie met immunoglobulinen kan de tijdelijke stijging van de titer van de verschillende passief overgedragen antistoffen in het bloed leiden tot fout-positieve resultaten bij serologisch onderzoek.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Niet beoordeeld: de immuunrespons op levende virusvaccins (zoals bof-, mazelen-, rubella- of varicellavaccin) kan worden verzwakt. Na toediening van hepatitis-B-immunoglobuline dient vaccinatie met levend virusvaccin tot ten minste 6 weken (bij voorkeur 3 maanden) erna te worden uitgesteld. Indien binnen 14 dagen na vaccinatie met levend virusvaccin toediening van hepatitis-B-immunoglobuline noodzakelijk is, dient 3 maanden na de toediening van hepatitis-B-immunoglobuline te worden gerevaccineerd.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
NORMAAL HUMAAN IMMUNOGLOBULINE | ||
---|---|---|
Flebogamma, Gammagard, Kiovig, Nanogam, Octagam, Intratect, Gamunex, Privigen
|
J06BA02 | |
Gammaquin, Hizentra, Hyqvia, Cuvitru
|
J06BA01 |
SPECIFIEKE IMMUNOGLOBULINEN | ||
---|---|---|
RhoPhylac, RheDQuin, Rhesonativ
|
J06BB01 | |
Tetaquin
|
J06BB02 | |
Variquin
|
J06BB03 |
ANTIBACTERIELE MONOKLONALE ANTILICHAMEN | ||
---|---|---|
Zinplava
|
J06BC03 |
ANTIVIRALE MONOKLONALE ANTILICHAMEN | ||
---|---|---|
Ronapreve
|
J06BD07 | |
Synagis
|
J06BD01 |
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.
Nog geen tweede medicijn geselecteerd.
Druk op ‘geneesmiddelen’ en vervolgens op om een geneesmiddel toe te voegen aan deze kolom.