Basisch aluminiumsaccharosesulfaat. In maag en darm vormt het met weefseleiwitten een complex aan het oppervlak van ulcera en laesies en met het maagslijmvlies. Dit complex biedt bescherming tegen de inwerking van pepsine en maagzuur. Sucralfaat stimuleert ook de fysiologische bescherming van het slijmvlies tegen onder andere galzuur, alcohol en NSAID's.
Sucralfaat wordt minimaal geabsorbeerd vanuit het maag-darmkanaal (SmPC)
Reflux oesofagitis, profylaxe van stressulcera en recidiverende ulcera
≤ 14 jaar: Off-label
> 14 jaar ≤ 4 dd: on-label; > 4 dd: Off-label
Granulaat 1 g
Susp. oraal 1 g
Tablet 1 g
Ulcogant preparaten bevatten geen suiker.
Reflux oesofagitis, profylaxe van stress- en recidiverende ulcera |
---|
Aanpassingen als volgt:
Bezoar-vorming is gemeld bij pasgeborenen na toediening van sucralfaat. Bij premature pasgeborenen werd aluminiumophoping in de botten waargenomen [SmPC].
Vaak (1-10%): obstipatie. Soms (0,1-1%): misselijkheid, droge mond. Zelden (0,01-0,1%): duizeligheid, vol gevoel, bezoar, huiduitslag, jeuk, bij de suspensie overgevoeligheidsreacties inclusief late reacties. Gemeld zijn anafylactische reacties en, bij patiënten met een beperkte nierfunctie, verhoogde aluminiumspiegels en encefalopathie.
Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb
Ernstige nierfunctiestoornissen (ook dialyse). Supragastro-intestinale operaties.
De ervaring bij kinderen < 14 jaar is beperkt. Slechts toepassen na zorgvuldige afweging van eventuele voor- en nadelen. Aangeraden wordt dit geneesmiddel bij kinderen slechts gedurende korte tijd toe te passen.
Symptomen van een maligniteit kunnen worden gemaskeerd. Bij gestoorde nierfunctie kunnen de plasma-aluminiumspiegels stijgen. Patiënten met een ulcus controleren op de aanwezigheid van Helicobacter pylori.
Relevant: sucralfaat vermindert de absorptie van de volgende middelen (met aanbevolen gebruiksadvies):
- thyreomimetica: het thyreomimeticum moet ten minste 2 uur vóór sucralfaat worden ingenomen;
- chinolonen: het chinolon moet ten minste 4 uur vóór sucralfaat worden toegediend, of de therapie moet worden aangepast;
- integraseremmers: de integraseremmer moet ten minste 2 uur vóór of 2 uur na sucralfaat worden ingenomen.
Niet beoordeeld: de absorptie van de volgende stoffen kan afnemen: cheno- en ursodeoxycholzuur, cumarines, fenytoïne, ketoconazol en sulpiride; gescheiden inname wordt aanbevolen, bijvoorbeeld door het geneesmiddel ten minste 2 uur vóór sucralfaat in te nemen. De fabrikant adviseert bij combinatie met een cumarine nauwkeurige controle bij initiatie en beëindiging van sucralfaat.
In vitro gegevens suggereren dat het effect van amfotericine B, colistine en tobramycine kan afnemen door binding van sucralfaat aan deze stoffen; de klinische relevantie is echter onbekend.
Deze pagina geeft een overzicht van geneesmiddelen uit dezelfde ATC groep. Let op: Dit betekent niet per definitie dat deze middelen onderling uitwisselbaar zijn.
H2-ANTAGONISTEN | ||
---|---|---|
A02BA01 | ||
A02BA03 | ||
A02BA02 |
PROTONPOMPREMMERS | ||
---|---|---|
Nexium
|
A02BC05 | |
Losec, Losec MUPS, Pedippi
|
A02BC01 | |
Pantozol
|
A02BC02 |
OVERIGE MIDDELEN BIJ ULCUS PEPTICUM EN OESOFAGEALE REFLUX | ||
---|---|---|
Gaviscon, Rennie Duo
|
A02BX13 |