Direct werkend parasympathicomimeticum dat de musculus sphincter direct prikkelt waardoor de pupil vernauwt. Door verwijding van de voorste oogkamerhoek wordt afvloeiing van kamervocht vergemakkelijkt waardoor de intra-oculaire druk daalt.
Er zijn geen onderzoeken verricht naar de farmacokinetische parameters van pilocarpine bij kinderen.
Oogdr. (hydrochloride) 1.25 mg/ml (0,125%) 10 mg/ml (1%) 20 mg/ml (2%) ; 30 mg/ml (3%) ; 40 mg/ml (4%) Conserveermiddel: benzalkoniumchloride of fenylkwikboraat. (Oculoguttae pilocarpini FNA, Oculoguttae pilocarpini conservatae cum phenylhydrargyri).
Oogdr. "zonder cons.middel" (hydrochloride) 10 mg/ml (1%); 20 mg/ml (2%); 30 mg/ml (3%) 40 mg/ml (4%)
Ooggel (hydrochloride) 40 mg/g (4%) Conserveermiddel: benzalkoniumchloride.
Minims: 2% 20 mg/ml (geen conserveermiddelen)
Glaucoom |
---|
|
GFR ≥10 ml/min/1.73m2: aanpassing van de dosering is niet nodig.
GFR <10 ml/min/1.73m2: een algemeen advies kan niet worden gegeven.
Netvliesloslating, glasvochtbloedingen, visusstoornissen (myopie en accommodatieverlies), pupilvernauwing, keratitis, conjunctivale hyperemie, allergische conjunctivitis, irritatie van de conjunctiva, branderig gevoel, verhoogde traanproductie, pijn in of boven het oog. Na langdurig gebruik kan opaciteit van de lens optreden.
Systemische effecten: allergische reacties, verwardheid, temporale of periorbitale hoofdpijn, duizeligheid, bradycardie, onregelmatige pols, hypotensie, longoedeem, bronchoconstrictie, braken, diarree, buikpijn, misselijkheid, speekselvloed, tremor, zweten, urineretentie.
Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb
Acute iritis en andere aandoeningen waarbij miosis ongewenst is en aandoeningen van het netvlies waarbij een mogelijke netvliesloslating niet kan worden uitgesloten. Ernstige chronische respiratoire aandoeningen.
Druk de traanbuis dicht gedurende tenminste 1 minuut om systemische absorptie tegen te gaan.
Bij kinderen met primair congenitaal glaucoom zijn gevallen gemeld van paradoxale stijgingen van de intraoculaire druk bij kinderen. Houd daar rekening mee bij het controleren van de intraoculaire druk (IOP).
Voorzichtigheid is geboden bij astma, bradycardie, coronairlijden, hyperthyroïdie en prostaathyperplasie; vooral bij frequent gebruik van een 4%-oplossing kunnen systemische bijwerkingen optreden. Een aanval van astma bronchiale kan optreden na druppelen. Voorzichtigheid is ook geboden bij jeugdige gebruikers met myopie, dit in verband met de risico van netvliesloslating. Zachte contactlenzen kunnen door het conserveermiddel benzalkoniumchloride verkleuren. Voor toediening contactlenzen uitnemen. Deze kunnen 15 min na indruppelen weer worden ingezet. Door tijdens en direct na toediening van de oogdruppels de traanbuis 1–3 minuten dicht te drukken wordt voorkomen dat de oogdruppel afvloeit naar de neus- en keelholte; hierdoor is er minder kans op systemische reacties. Door beïnvloeding van het gezichtsvermogen kan het gebruik hinderlijke gevolgen hebben voor sommige dagelijkse bezigheden (bv. lezen). Minims zijn bestemd voor eenmalige toediening, na gebruik weggooien.
Niet beoordeeld: uit in vitro gegevens blijkt dat het CYP2A6 remt waardoor interactie met CYP2A6-substraten mogelijk is.
Bij oculaire toediening kan de werking van mydriatica worden verminderd.
Deze pagina geeft een overzicht van geneesmiddelen uit dezelfde ATC groep. Let op: Dit betekent niet per definitie dat deze middelen onderling uitwisselbaar zijn.
KOOLZUURANHYDRASEREMMERS | ||
---|---|---|
Diamox
|
S01EC01 | |
Trusopt
|
S01EC03 |
BETA-BLOKKERS | ||
---|---|---|
Timoptol-XE
|
S01ED01 |
PROSTAGLANDINE-ANALOGA | ||
---|---|---|
Lumigan
|
S01EE03 | |
Xalatan
|
S01EE01 | |
Travatan
|
S01EE04 |
OVERIGE GLAUCOOMMIDDELEN | ||
---|---|---|
S01EX |