Langwerkend antihistaminicum (van de 1e generatie) met centraal aangrijpingspunt en een zwak sederende werking: max. binnen 5–7 uur.
Geen gegevens
Ernstige systemische allergische reacties:
Oraal:
< 12 jaar: Off-label
> 12 jaar: On-label
Intraveneus:
< 1 jaar: Off-label
> 1 jaar: Doseringen tot 25 mcg/kg/dosis: on-label. Hogere dosering off-label
Inj.vlst. (als waterstoffumaraat) 1 mg/ml (Tavegil injectievloeistof 1 mg/ml bevat 70 mg/ml ethanol 96% (v/v))
Tablet (als waterstoffumaraat) 1 mg
Preventie en symptomatische behandeling van allergische aandoeningen en anafylactische shock |
---|
|
Anafylaxie en Quincke oedeem |
---|
|
GFR ≥10 ml/min/1.73m2: aanpassing van de dosering is niet nodig.
GFR <10 ml/min/1.73m2: een algemeen advies kan niet worden gegeven.
Prikkelbaarheid en paradoxale stimulatie van het centrale zenuwstelsel.
Vaak (1-10%): hoofdpijn, vermoeidheid, slaperigheid, slapeloosheid. Soms (0,1-1%): duizeligheid. Zelden (0,01-0,1%): prikkelbaarheid (voornamelijk bij kinderen), paradoxale stimulatie van het centrale zenuwstelsel (vooral bij kinderen), droge mond, gastralgie, misselijkheid, diarree en obstipatie. Huiduitslag. Overgevoeligheidsreacties gepaard gaande met dyspneu en/of shock. Zeer zelden (< 0,01%): palpitaties, transpiratie, hartkloppingen.
Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb
Jonge kinderen zijn in het algemeen veel gevoeliger voor de toxische effecten van antihistaminica dan volwassenen. Bij klassieke antihistaminica kunnen ook in therapeutische doseringen reversibele dyskinesie en paradoxale excitatie (rusteloosheid, slapeloosheid, tremoren, euforie, nervositeit en verhoogde neiging tot convulsies) optreden. Ataxie, onrust, hallucinaties, stijging van de lichaamstemperatuur, krampen gevolgd door coma, mogelijk leidend tot de dood zijn de (parasympathische) verschijnselen van een intoxicatie. Gebruik van sederende antihistaminica bij kinderen jonger dan 2 jaar is gecontra-indiceerd, aangezien gebruik van promethazine en deptropine in verband is gebracht met het optreden van wiegendood (Sudden Infant Death Syndrome (SIDS)). Verder is voorzichtigheid geboden met de toediening ervan bij kinderen met slaapapneu in de anamnese, bij het voorkomen van SIDS in de familie, bij kinderen die minder gemakkelijk wakker worden en bij zieke of gedehydreerde kinderen. Hoewel goed opgezette en gecontroleerde studies bij kinderen ontbreken, is het waarschijnlijk dat ‘niet’-sederende antihistaminica geen centrale bijwerkingen geven aangezien zij niet of nauwelijks de bloed-liquorbarrière passeren.
Wees voorzichtig bij prostaathyperplasie, pylorusstenose, stenoserend ulcus pepticum, epilepsie (focale cerebrale corticale laesies), cardiovasculaire aandoeningen en hypertensie.
Dit middel kan een aanval van acuut glaucoom veroorzaken.
Antihistaminica beïnvloeden de uitslagen van allergietesten.
Dit middel kan invloed hebben op de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen.
Er is hier op dit moment nog geen informatie over beschikbaar.
Deze pagina geeft een overzicht van geneesmiddelen uit dezelfde ATC groep. Let op: Dit betekent niet per definitie dat deze middelen onderling uitwisselbaar zijn.
AMINOALKYLETHERS | ||
---|---|---|
R06AA52 |
GESUBSTITUEERDE ALKYLAMINEN | ||
---|---|---|
Fenistil
|
R06AB03 |
FENOTHIAZINEDERIVATEN | ||
---|---|---|
R06AD01 | ||
R06AD08 | ||
R06AD02 |
PIPERAZINEDERIVATEN | ||
---|---|---|
Zyrtec, Prevalin Allerstop, Reactine
|
R06AE07 | |
Xyzal
|
R06AE09 | |
Suprimal
|
R06AE05 |
OVERIGE ANTIHISTAMINICA VOOR SYSTEMISCH GEBRUIK | ||
---|---|---|
Semprex
|
R06AX18 | |
Aerius, Neoclarityn
|
R06AX27 | |
Telfast
|
R06AX26 | |
Zaditen
|
R06AX17 | |
Claritine, Allefre
|
R06AX13 | |
Mizollen
|
R06AX25 | |
Rupafin
|
R06AX28 |