Gemcitabine

Stofnaam
Gemcitabine
Merknaam
ATC code
L01BC05
Doseringen
Nierfunctiestoornissen

Produkten, hulpstoffen, toediening en tekorten
Bijwerkingen
Contraindicaties
Waarschuwingen en voorzorgen

Interacties
Eigenschappen (PD/PK)

Registratiestatus
Middelen uit dezelfde ATC groep
Referenties
Versiebeheer

Eigenschappen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Antimetaboliet van pyrimidine. Gemcitabine wordt intracellulair omgezet tot actieve difosfaat- en trifosfaatnucleosiden (resp. dFdCDP en dFdCTP). Gemcitabinedifosfaat remt de DNA-synthese door remming van ribonucleotide reductase; dit enzym katalyseert de vorming van deoxynucleoside-trifosfaten (dCTP). Daarnaast gaat gemcitabinetrifosfaat competitie aan met dCTP voor inbouw in DNA. Nadat gemcitabine is ingebouwd in DNA wordt nog slechts één nucleotide toegevoegd, daarna bestaat er nagenoeg volledige remming van verdere DNA-synthese en wordt apoptose geïnduceerd.

Farmacokinetiek bij kinderen

De volgende kinetische parameters zijn gevonden bij kinderen van 2-21 jaar [Reid 2004; Steinherz 2002]: 

Dosis (mg/m2)n=Cmax (µg/ml)Vss (l/m2)
1000 6 15,6 24,1
1200 6 17,5 31,8
1500 5 27,2 18,5
1800 5 41,0 14,2
2100 4 57,2 15,8

t½: 13,4-62 min
Cl: 2,2 l/min/m2

Label dosisadvies Kinderformularium

Off-label

Toon SmPC tekst Toon SmPC tekst

SmPC tekst

Niet geregistreerd voor kinderen

Beschikbare toedieningsvormen/sterktes

Poeder voor infvlst: 200 mg, 1000 mg, 2000 mg |
Concentraat voor infvlst 10 mg/ml, 38 mg/ml, 40 mg/ml, 100 mg/ml

Er zijn enkele producten die alcohol bevatten, de meesten zijn echter alcoholvrij

Overige info toediening/beschikbaarheid

Informatie over geneesmiddeltekorten

Doseringen

Recidiverende of refractaire solide tumoren en hersentumoren
  • Intraveneus
    • 1 jaar tot 18 jaar
      [5]
      • Dosis en dosisfrequentie van oncologische middelen zijn afhankelijk van de aandoening en sterk aan nieuwe inzichten onderhevig. Oncologische middelen worden veelal in combinatie gebruikt. Om deze redenen wordt verwezen naar de gedetailleerde behandelprotocollen, zie hiervoor www.skion.nl

        Als indicatie wordt de volgende dosering uit de literatuur genoemd:
        - In combinatie met oxaliplatine: 1000 mg/m2/dosis op dag 1 van een cyclus van 14 dagen

      • Behandeling door of na overleg met een kinderarts-specialist (oncologie) die ervaring heeft met gebruik van gemcitabine voor deze indicatie.

Recidiverende of refractaire sarcomen
  • Intraveneus
    • 1 jaar tot 18 jaar
      [6] [7] [8]
      • Dosis en dosisfrequentie van oncologische middelen zijn afhankelijk van de aandoening en sterk aan nieuwe inzichten onderhevig. Oncologische middelen worden veelal in combinatie gebruikt. Om deze redenen wordt verwezen naar de gedetailleerde behandelprotocollen, zie hiervoor www.skion.nl

        Als indicatie wordt de volgende dosering uit de literatuur genoemd:
        - In combinatie met docetaxel: 675 mg/m2/dosis op dag 1 en 8 van een cyclus van 21 dagen.

      • Behandeling door of na overleg met een kinderarts-specialist (oncologie) die ervaring heeft met gebruik van gemcitabine voor deze indicatie.

Recidiverend of refractair Hodgkin lymfoom
  • Intraveneus
    • 1 jaar tot 18 jaar
      [9] [10]
      • Dosis en dosisfrequentie van oncologische middelen zijn afhankelijk van de aandoening en sterk aan nieuwe inzichten onderhevig. Oncologische middelen worden veelal in combinatie gebruikt. Om deze redenen wordt verwezen naar de gedetailleerde behandelprotocollen, zie hiervoor www.skion.nl 

        Als indicatie wordt de volgende dosering uit de literatuur genoemd:
        - In combinatie met vinorelbine of met vinorelbine en doxorubicine: 1000 mg/m2/dosis op dag 1 en 8 van een cyclus van 21 dagen.

      • Behandeling door of na overleg met een kinderarts-specialist (oncologie) die ervaring heeft met gebruik van gemcitabine voor deze indicatie.

Nierfunctiestoornissen bij kinderen > 3 maanden

Aanpassen van de dosering bij nierfunctiestoornissen is niet nodig.

 

Bij Dialyse

Een algemeen advies wordt niet gegeven.

Bijwerkingen bij kinderen

Dysurie, hypokaliëmie, hypofosfatemie, periode van flauwvallen, attaque.

Bijwerkingen algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Zeer vaak (> 10%): Misselijkheid, braken (ca. 60%). Anemie, leukopenie, trombocytopenie. Dyspneu (tot 40%). Huiduitslag (ca. 25%, vaak jeukend), alopecia. Hematurie, proteïnurie (ca. 50%), (perifeer) oedeem. Griepachtige symptomen. Verhoging van levertransaminasen en alkalische fosfatase (ca. 60%).

Vaak (1-10%): febriele neutropenie. Anorexie, stomatitis, ulceratie van de mond, diarree, obstipatie. Hoofdpijn, slapeloosheid, slaperigheid, hoest, rinitis, jeuk, transpireren, rugpijn, spierpijn, verhoogde bilirubine.

Soms (0,1-1%): bronchospasmen, interstitiële pneumonitis. CVA, aritmieën (m.n. supraventriculair gelokaliseerd), hartfalen. Ernstige hepatotoxiciteit incl. leverfalen. Nierfalen. Hemolytisch uremisch syndroom.

Zelden (0,01–0,1%): hypotensie, perifere vasculitis en gangreen, myocardinfarct. Longoedeem, ARDS. Huidulceratie, huiduitslag met blaasjes en zweren, schilfering van de huid, ernstige huidreacties met o.a. desquamatie en bullae, 'radiation recall'-dermatitis, bestralingsmucositis, reacties op injectieplaats. Verhoogde γ-GT.

Zeer zelden (< 0,01%): trombocytose. Capillaire-leksyndroom. Ischemische colitis. Anafylactische reactie, toxische epidermale necrolyse, Stevens-Johnsonsyndroom.

Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb

  • Bij kinderen worden veel geneesmiddelen off-label gebruikt. Alle ervaringen zijn belangrijk om te melden om zo meer kennis te verzamelen en te delen
  • Ook wanneer u niet zeker weet of de bijwerking echt door het geneesmiddel komt
Meld hier

Waarschuwingen en voorzorgen algemeen Bron: ZorgInstituut Nederland - Farmacotherapeutisch Kompas

Controleer regelmatig (in ieder geval vóór iedere toediening) het bloedbeeld in verband met beenmergremming, die ook na staken van de therapie nog kan optreden. Tevens is regelmatige controle van de nier- en leverfunctie (incl. virologisch onderzoek) aangewezen. Voorzichtig bij nier- en leverinsufficiëntie, omdat hierbij geen onderzoek is verricht. Exacerbatie van een onderliggende gestoorde leverfunctie (levermetastasen, een voorgeschiedenis van alcoholisme, hepatitis, levercirrose) is mogelijk. Capillaire-leksyndroom kan voorkomen en is goed behandelbaar in een vroeg stadium maar er zijn fatale gevallen gemeld. De aandoening houdt een systemische capillaire hyperpermeabiliteit in, waarbij vloeistof en eiwitten vanuit de intravasculaire ruimte in het interstitium lekken. De klinische kenmerken zijn onder andere gegeneraliseerd oedeem, gewichtstoename, hypoalbuminemie, ernstige hypotensie, acute nierfunctiestoornis en longoedeem. Gezien de bijwerkingen tevens voorzichtig zijn bij een voorgeschiedenis van cardiovasculaire aandoeningen. Bij optreden van pulmonale effecten staken van de toediening overwegen. Hemolytisch uremisch syndroom is gemeld, daarom bij aanwijzingen voor micro-angiopathische hemolytische anemie de toediening staken; de nierinsufficiëntie kan irreversibel zijn. Bij combinatie (tegelijkertijd gegeven of ≤ 7 dagen na elkaar) van radiotherapie met gemcitabine (in een dosering van 1000 mg/m² gedurende max. 6 w.) kan een potentieel levensbedreigende mucositis (o.a. oesofagitis, pneumonitis) optreden. Start gemcitabine daarom nadat acute stralingseffecten verdwenen zijn of > 7 dagen na de radiotherapie.

Interacties Bron: KNMP/Informatorium Medicamentorum

Interacties oncolytica algemeen

Relevant: de meeste cytostatische oncolytica (niet de tyrosinekinaseremmers en de monoklonale antilichamen) kunnen het effect van cumarinederivaten op vele manireren beïnvloeden. Hierdoor kan/zal de verlenging van de stollingstijd sterker fluctueren. Bovendien kan chemotherapie trombocytopenie veroorzaken. Trombocytopenie bij gebruik van cumarines geeft een extra verhoogde bloedingsneiging. Voor de meeste cytostatische oncolytica is toename van de werking van het cumarinederivaat gemeld, voor mercaptopurine en mitotaan is afname van de werking gemeld. Behalve enzymremming spelen ook andere factoren een rol, zoals de ziekte kanker zelf en chemotherapie gerelateerde factoren, zoals braken en leverinsufficiëntie door metastasen.

Levende vaccins: vanwege de immunosuppressieve werking van veel oncolytica kan vaccinatie met levende micro-organismen een gegeneraliseerde infectie veroorzaken. Dit geldt ook voor de monoklonale antilichamen en de tyrosinekinaseremmers met immunosuppressieve werking (zie aldaar). De combinatie moet worden vermeden.

Niet-levende vaccins: tijdens gebruik van oncolytica die immunosuppressief werken kunnen vaccinaties met gedode verwekker of afgeleid antigeen minder effectief zijn door een verminderde immuunrespons. In sommige gevallen kan het vaccin herhaald worden toegediend of kan een titerbepaling worden gedaan.

Geen interactie: in de literatuur is onvoldoende onderbouwing voor interactie met allergenen van natuurlijke oorsprong.

Niet beoordeeld: omega-3-vetzuren verminderen de effectiviteit van sommige oncolytica. KWF Kankerbestrijding ontraadt visoliesupplementen of vette vis te gebruiken vanaf 24 uur voorafgaand aan chemotherapie met irinotecan of platinaverbindingen tot en met 24 uur daarna.

ANTIMETABOLIETEN

Deze pagina geeft een overzicht van geneesmiddelen uit dezelfde ATC groep. Let op: Dit betekent niet per definitie dat deze middelen onderling uitwisselbaar zijn.

PURINEDERIVATEN

Clofarabine

Evoltra
L01BB06

Fludarabine

Fludara
L01BB05

Mercaptopurine

Puri-Nethol, Xaluprine
L01BB02

Nelarabine

Atriance
L01BB07

Tioguanine

Lanvis
L01BB03
PYRIMIDINEDERIVATEN
L01BC01

Referenties

  1. Informatorium Medicamentorum, (Interacties, Verminderde nierfunctie), Geraadpleegd 25 april 2016
  2. ZorgInstituut Nederland, Farmacotherapeutisch Kompas (Eigenschappen, Contra-Indicaties, Bijwerkingen, Waarschuwingen en Voorzorgen), Geraadpleegd 17 feb 2016
  3. Reid JM et al. , Phase I trial and pharmacokinetics of gemcitabine in children with advanced solid tumors. , J Clin Oncol., 2004 , Jun 15;22(12), 2445-51
  4. Steinherz PG et al. , Phase I study of gemcitabine (difluorodeoxycytidine) in children with relapsed or refractory leukemia (CCG-0955): a report from the Children's Cancer Group., Leuk Lymphoma., 2002 , Oct;43(10), 1945-50
  5. Geoerger B et al. , Phase II study of gemcitabine combined with oxaliplatin in relapsed or refractory paediatric solid malignancies: An innovative therapy for children with Cancer European Consortium Study., Eur J Cancer., 2011 , Jan;47(2), 230-8
  6. He A et al. , Comparison of pirarubicin-based versus gemcitabine-docetaxel chemotherapy for relapsed and refractory osteosarcoma: a single institution experience., Int J Clin Oncol., 2013 , Jun;18(3), 498-505
  7. Navid F et al. , Combination of gemcitabine and docetaxel in the treatment of children and young adults with refractory bone sarcoma. , Cancer. , 2008 , Jul 15;113(2), 419-25
  8. Song BS et al. , Gemcitabine and docetaxel for the treatment of children and adolescents with recurrent or refractory osteosarcoma: Korea Cancer Center Hospital experience., Pediatr Blood Cancer., 2014 , Aug;61(8):, 1376-81
  9. Cole PD et al. , Phase II study of weekly gemcitabine and vinorelbine for children with recurrent or refractory Hodgkin's disease: a children's oncology group report., J Clin Oncol., 2009 , Mar 20;27(9), 1456-61
  10. Jaffray M et al. , Salvage therapy with gemcitabine, vinorelbine, and pegylated liposomal doxorubicin for relapsed or refractory pediatric Hodgkin lymphoma. Results of a retrospective series of four children., Ann Hematol. , 2015 , Aug;94(8), 1401-6

Wijzigingen

  • 18 februari 2016 11:31: NIEUWE EB MONOGRAFIE TOEGEVOEGD

Therapeutic Drug Monitoring


Overdosering