Rifabutine is een semisynthetisch rifamycinederivaat. Het werkt bactericide door het blokkeren van het DNA-afhankelijke RNA-polymerase bij gevoelige bacteriën.
Doorgaans gevoelig zijn:
Mycobacteriën: Mycobacterium tuberculosis, niet-tuberculeuze (atypische) mycobacteriën, waaronder Mycobacterium avium-intracellulare (MAC);
sommige Gram-positieve en Gram-negatieve bacteriën (spectrum vergelijkbaar met dat van rifampicine).
De volgende kinetische parameters zijn gevonden bij 6 HIV-geïnfecteerde kinderen (0,8-3,4 jaar) die tevens ritonavir en lopinavir gebruikten (Siberry 2013):
Dosis | 3x/week 5mg, 6 doses |
---|---|
Cmax | 0,39 µg/ml |
Tmax | 3 uur |
t½ | 16 uur |
Capsule 150 mg.
Behandeling Mycobacterium avium-complex (MAC) infecties en tuberculose bij HIV-infectie of -blootstelling |
---|
|
Profylaxe Mycobacterium avium-complex (MAC) infecties bij HIV-infectie of -blootstelling |
---|
|
Aanpassingen als volgt:
Afzettingen in de cornea, uveïtis, verkleuring van urine, sputum, huid en traanvocht. Misselijkheid, braken, diarree, stijging leverenzymen, leukopenie, neutropenie en trombocytopenie.
Zeer vaak (> 10%): leukopenie. Huidverkleuring.
Vaak (1-10%): misselijkheid. Anemie. Huiduitslag. Spierpijn Koorts.
Soms (0,1-1%): overgevoeligheid, bronchospasme. Braken. Uveïtis, afzettingen op de cornea (klein, bijna doorzichtig en asymptomatisch). Gewrichtspijn. Geelzucht, stijging van leverenzymwaarden. Agranulocytose, lymfopenie, granulocytopenie, neutropenie, trombocytopenie, eosinofilie.
Verder zijn gemeld: hoofdpijn. Diarree, dyspepsie, flatulentie. Dysgeusie. Myositis. Verkleuring van urine, sputum en traanvocht. Bij andere rifamycinen is colitis door Clostridioides difficile gemeld, mogelijk kan dit ook bij gebruik van rifabutine optreden.
Meld bijwerkingen bij kinderen altijd bij Lareb
Rifabutine dient als onderdeel van een combinatiebehandeling toegediend te worden. Het verdient aanbeveling de witte bloedcellen, de bloedplaatjes en de leverenzymen regelmatig te controleren tijdens de behandeling.
In geval van resistentie-ontwikkeling van M. tuberculosis voor rifabutine, rekening houden met een mogelijke (snel ontwikkelende) kruisresistentie voor rifampicine.
Controleer tijdens de behandeling regelmatig de aantallen leukocyten, trombocyten en de leverenzymen. Bij blijvende significante afwijkingen overwegen de behandeling tijdelijk te staken.
Bij optreden van uveïtis is verwijzing naar een oogarts aangewezen. Het risico van het optreden is verhoogd bij gelijktijdig gebruik van bepaalde andere geneesmiddelen.
Urine, zweet, speeksel, traanvocht, sputum en moedermelk kunnen oranje-rood verkleuren. Kleding en contactlenzen (m.n. zachte) kunnen blijvend oranje-rood verkleuren.
Over het gebruik bij kinderen zijn weinig gegevens bekend.
Rifabutine induceert CYP3A4 en is substraat voor CYP3A4.
Relevant:
Afname rifabutine: bij combinatie met efavirenz moet de rifabutinedosis worden verhoogd (zie D.).
Toename rifabutine: de concentratie stijgt door krachtige CYP3A4-remmers, fluconazol en HIV-proteaseremmers, met als mogelijk gevolg uveïtis. Bovendien kan de concentratie van de CYP3A4-remmer dalen, met uitzondering van fluconazol. De rifabutinedosis moet worden verlaagd (zie D.). Combinatie met cobicistat wordt ontraden.
Rifabutine verlaagt de concentratie van: zie bij Interactielijsten, CYP3A4-inductoren, en van atovaquon, bepaalde corticosteroïden (cortison, dexamethason, fludrocortison, hydrocortison, methylprednisolon, prednisolon, prednison), VKA's, dapson, bepaalde HCV-middelen (sofosbuvir, ledipasvir, velpatasvir, voxilaprevir) en bepaalde HIV-middelen (HIV-proteaseremmers, rilpivirine, cobicistat, doravirine).
Niet relevant:
Rifabutine verlaagt de concentratie van: zie bij Interactielijsten, CYP3A4-inductoren.
Niet beoordeeld:
De concentratie van sulfonylureumderivaten en zidovudine kan dalen.
Isoniazide kan de ernst en frequentie van hematologische reacties verhogen.
Interacties antibacteriele middelen algemeen:
Relevant:
Het effect van VKA's kan worden versterkt. Het versterkte effect van de VKA kan het gevolg zijn van het effect van de infectie en/of koorts zelf, en soms ook van een interactie van bepaalde antibiotica met VKA’s. Door eliminatie van bacteriële darmflora kan de productie van vitamine K worden verminderd. Ook is er een verhoogde afbraak van stollingsfactoren gedurende een koortsperiode. Daarnaast remmen sommige antibiotica het metabolisme van de VKA. De interactie is niet relevant bij gebruik van het antibioticum gedurende maximaal 1 dag.
Geen interactie:
In de literatuur is onvoldoende onderbouwing voor interactie met orale anticonceptiva (dit geldt niet voor de enzyminducerende antibiotica rifabutine en rifampicine) of met TNF-α-antagonisten.
Deze pagina geeft een overzicht van geneesmiddelen uit dezelfde ATC groep. Let op: Dit betekent niet per definitie dat deze middelen onderling uitwisselbaar zijn.
ANTIBIOTICA | ||
---|---|---|
Rifadin
|
J04AB02 |
HYDRAZIDEN | ||
---|---|---|
J04AC01 |
OVERIGE TUBERCULOSEMIDDELEN | ||
---|---|---|
Sirturo
|
J04AK05 | |
Myambutol
|
J04AK02 | |
J04AK01 |